Pagina:Bosboom-Toussaint, Het huis Lauernesse (1885).pdf/243

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

varen!” ” Ik begreep toen, dat onberaden Godsdienstijver…”

»Broedermoord! o, heillooze gruwel!” riep Philips, »en hebt gij den dader in goede verzekering gebracht?”

»Zeker neen, Heer! ik dankte het den bijstand des Hemels, dat ik hem, na een half uur martelens, in eene doffe lijdzaamheid van dáár konde voeren, dat hij zich rustig liet heenleiden naar zijne herberg, en dat ik hem eindelijk te paard kon vervorderen, onder het goed geleide van twee mijner knechten.”

»Bij St. Maarten! dat is wel de onberadenste handeling, die nog door eene geschoren kruin is uitgevoerd,” riep de Bisschop met heftigheid. »Eenen man ter vlucht te vorderen, die zich aan doodslag schuldig bekent! Bij het bloed van alle martelaren! gij wist toch, dat wij de wetten willen gehandhaafd zien!”

»Zekerlijk, Hoogwaardigste! maar ik ben een dienaar Gods en niet van den Gerechte. Ook sta ik hier niet als Aernoud’s aanklager, want gewis, wat ik weet, werd mij niet dáártoe vertrouwd.”

»De Hopman is burger van onze stad, wij kunnen hem indagen en ter verantwoording roepen,” sprak Philips streng, den gang zijner eigene gedachten volgende.

»Heer! zie daarvan af,” smeekte Boudewijn, »de ongelukkige wordt gekweld door een fel berouw, dat hem scherper pijnt dan de hardste aardsche straf, en daarenboven, het was om de vurige min voor zijne aangevallen Kerk.”

»Zooveel te beter voor zijne ziel; maar niettemin zullen wij niet dulden, dat onze burgers straffeloos gedeerd worden en uitgemoord, naar de willekeur van anderen, en dat de poorters van dezelfde stad elkander onderling om het geloof ontrusten. Bij St. Maarten! wij voeren het zwaard zoowel als den staf, en zoo het noodig is, zullen wij het eerste gebruiken, tegen wie in onze plaats den laatsten in de hand vatten! En die Heer Aernoud Bakelsze, die strenge ijveraar, die mijne nicht heeft verworpen, schoon ze van een bloed was, daar het zijne noode meê vermengd mocht, zal door ons op strenge rekenschap gevorderd worden voor deze woeste manieren.”

»Bij zulke verscheidenheid van denken over de wichtigste zaken