Pagina:Bosboom-Toussaint, Het huis Lauernesse (1885).pdf/59

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

van Vader Boudewijn zijn moest, die de bittere woorden op hunne lippen terughield.

»Sinds de geboden des Hemels niet genoeg kracht hebben op uwe gemoederen, om ze te brengen tot liefde en welwillendheid,” vervolgde de Vicaris streng en ernstig, »sinds de macht, die onzichtbaar is, niet meer te werken schijnt op menschen, die alleen hunne zichtbare aardsche belangen in het oog houden, moet ik u bevelen, in den naam der zichtbare macht van uwen Leenheer, den Bisschop, dat gij den vrede bewaren zult in zijn gebied; en verder, aanmerkt dit: gij kunt hem beleedigen in den meest geachten burger zijner stad, en in zijne welbeminde nicht.

»Philips van Bourgondië vraagt uwe vriendschap voor Aernoud Bakelsze!”

Altijd nog hetzelfde aarzelen en zwijgen; hier en daar zelfs eene hand, die krampachtig naar de linkerzijde greep. Het was zoo iets hards voor eenen Stichtschen Edelman, zich eenen wensch of een bevel (misschien synoniem) van den Bisschop te hooren voorschrijven. Zij voelden, dat zij zouden moeten buigen; maar hun trots sprak nog luider dan hun belang.

Ottelijne zag met bekommering op naar Aernoud; maar hare smeekende blikken hadden niet noodig eenen opkomenden storm te bezweren. Rustig en kalm trad hij voorwaarts, midden onder de mannen, die de vlammende oogen op hem gericht hielden, en die er uitzagen, als hadden zij de puntige zwaarden even gaarne op hem gericht.

Hij ving aan met de houding van iemand, die bedaard zijne beurt van spreken heeft afgewacht, maar die weet, dat hij het in zijne macht heeft, een geschil voldoend te eindigen.

»Ik bid u, mijne Heeren! zijt heusch en vroed. Het zoude te hard wezen, dat Stichtsche Edelen van eenen Utrechtschen burger ridderlijkheid moesten leeren; maar wat dunkt u, is het hoffelijk, den schoonen feestdag eener Jonkvrouw te bederven, door de twisten der mannen? Is het welberaden, al deze vrouwen tot getuigen te nemen van bittere redenen en dreigende blikken? Zijn er niet vele andere plaatsen en beter gelegen uren, om een mannenwoord met elkaâr te spreken? Aernoud