Pagina:Bosboom-Toussaint, Het huis Lauernesse (1885).pdf/94

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

in mijne zwakheid. En weet dan, het Woord is gegeven aan die kinderen zijn, ook opdat zij het spreken, en de Geest, die beloofd is aan allen, is nu gekomen over alle vleesch. De kennis mag niet meer zijn de schat van enkelen, opdat zij haar begraven en behouden alleen voor zich, maar het Woord behoort allen en de Schrift behoort allen, en de kennis behoort allen, en het hooge zal vernederd worden, en het lage en kleine zal hoog staan in het Koninkrijk Gods!”

»En daarbij, de kruinschering maakt den monnik niet,” viel de zoon der Herwijners vrij krachtig in.

»Noch de pij den eerwaarde,” hernam een ander, tegen wien op dat oogenblik Pater Luciaan met zijne volle zwaarte terugviel.

»En hoort dan!” riep Paul met eenen lichten zweem van ongeduld over deze ongepaste tusschenspraak. »Gij hebt gewild, dat ik u den eerwaarden Dokter Maarten Luther verklaren zoude in leven en werken; en ik doe het gaarne, want van hem te spreken is mij troost, en het kan u nut zijn: maar luistert naar eisch van het gewicht der zake, want die Godzalige man heeft rust en veiligheid en leven niet te lief geacht, om den volkeren te geven wat het hunne was, en wat de Pharizeën en Wetgeleerden hun onthouden om zich rijk te maken met uwe armoede; want hij is groot en zijn naam prijselijk meer dan eenige naam van allen, die nu leven: want hij heeft het licht weggerukt van onder de koornmate, waar de Oversten en de Levieten het verborgen hadden voor u, opdat zij voordeel mochten trekken van uwe blindheid, en hij heeft het gesteld op eene hooge plaatse, waar het liehten zal over allen. Daarom ziet henen naar het licht, opdat gij ziende wordet, en onderzoekt de Schriften, opdat gij wijs wordet: dat is het bevel van den Christus zelven onzen lieven Heere, die dezen grooten Leeraar heeft laten opstaan in deze benauwde tijden, om u te verlossen uit de strikken van Babylon, en om u te wijzen het hemelsche Jeruzalem, dat open staat voor allen, die goed zijn en de geboden des Heeren bewaren!”

Hier maakte de spreker eene kleine pauze, als ware het om te zien, of zijne woorden bij zijn gehoor werkelijk de stemming