Pagina:Bosboom-Toussaint, Majoor Frans enz (1888).pdf/459

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

»Waarom toch zulk eene ontzettende haast gemaakt met dit huwelijk, mijn kind! Gij zijt nu als in een roes, maar gij hadt u toch waarlijk wel wat mogen bedenken."

»Neen, moeder, daarvoor was geen tijd. Ik wil de bruid zijn, vóór dat Marianne trouwt!"

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

»Nu, die toeleg gelukte volkomen. De baron maakte al de haast van iemand, voor wien ieder dag uitstel verlies is aan geluk, en als men op geen geld ziet om den ijver van modistes en lingères aan te vuren, kan er in korten tijd ontzettend veel worden afgedaan. Laura’s ijdelheid en zucht naar genot vonden reeds bij aanvang allerlei voldoening. De prachtigste toiletten kwamen bijtijds uit Parijs, de baron schonk haar een vorstelijk écrin op den dag der openlijke verloving, en zij was reeds de bruid, toen de goede Marianne nog zat te wachten op de terugkomst van haar verloofde.

Met Marianne’s volle toestemming toch was het uitstapje, dat Albert hoog noodig had en dat hem blijkbaar goed deed, met een paar weken verlengd. — Adelsteyn wilde daarenboven nog persoonlijk kennis maken met de groote Luiksche fabrikanten, met wie hij reeds handelsrelatiën had aangeknoopt en wier inrichtingen te Seraing en elders hij moest bezoeken — schreef hij aan Marianne; want hij onderhield eene drukke briefwisseling met haar, eene correspondentie die van hare zijde schijnbaar koel en vrij lakoniek werd beantwoord. Maar tusschen de korte regels door las men dien geest van opofferende liefde, die zich zelve niet zoekt en die altijd het eerst om anderen denkt.

»Als het Albert zooveel goed deed, en als de zaken van Adelsteyn dat vorderden, moesten ze maar lang wegblijven," schreef zij terug, »er was volstrekt geen haast bij hunne weerkomst, want zij had het nog erg druk", enz. enz.

Vrome misleiding — want de eenzaamheid drukte haar zwaar in het ongezellige huis.

Laura besloot haar in vollen triomf een bezoek te brengen (alsof Marianne haar had kunnen benijden!), maar de prachtige equipage kwam voor een onbewoond huis. Marianne was door eene oude nicht van Adelsteyn uitgenoodigd om de woning, waarin zij niets meer te doen had, te verlaten en bij haar te komen lo-