Pagina:Grondwet van het Koninkrijk der Nederlanden (1917).pdf/29

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
Art. 87
— 29 —

† 82. (78*) De Eerste Kamer bestaat uit vijftig leden. [1]

Zij worden verkozen door de Sta­ten der provinciën op de wijze bij de wet te bepalen. [2]

83. Wanneer de Staten-Generaal in dubbelen getale worden bijeengeroepen, wordt aan de gewone leden van elke Kamer een gelijk getal buitengewone leden toegevoegd, op dezelfde wijze als de gewone te verkiezen. Het besluit der bijeenroeping wijst tevens den dag der verkiezing aan.


TWEEDE AFDEELING.
Van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

† 84. (79*) Om lid der Tweede Kamer te kunnen zijn wordt vereischt, dat men Nederlander of door de wet als Nederlandsch onderdaan erkend zij [3], niet krachtens onherroepe­lijke rechterlijke uitspraak wegens krankzinnigheid of zwakheid van vermogens de beschikking of het be­heer over zijne goederen hebbe ver­loren, noch van de verkiesbaarheid ontzet zij en den ouderdom van der­tig jaren vervuld hebbe.

85. (81*) De leden der Tweede Kamer wor­ den gekozen voor vier jaren.

Zij treden te gelijk af en zijn dadelijk her­kiesbaar.

86. (82*) De leden stemmen zonder last van of ruggespraak met hen, die benoemen.

87. (83*) Bij het aanvaarden hunner betrek­ king leggen zij den volgenden eed of belofte af :

„Ik zweer (beloof) getrouwheid aan de Grondwet.
„Zoo waarlijk helpe mij God almagtig !"(„Dat beloof ik !")

Alvorens tot dien eed of die belofte te wor­den toegelaten, leggen zij den volgenden eed

(verklaring en belofte) van zuivering af :

  1. Zie voor de samenstelling nader art. 111 (nieuw) der Kieswet, vermeld in aant. (2) op art. 81.
  2. Zie de Provinciale wet, vermeld in aant. (1) op art. 133.
  3. Zie aant. (2) op artikel 80.