Pagina:Multatuli - Verspreide stukken - Zesde druk (1879).pdf/108

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
100
Japansche gesprekken.


cies anders-om dan de byen die honig zuigen uit gif. Men is yzer als-i slaat, wolk als ge ’m wilt terugslaan. Men is de man die ’r niet is. Men spreekt waar-i niet gevraagd wordt, en zwygt waar-i wordt aangesproken. Men schuilt in hoekjes die kleiner zyn dan hyzelf, en als ge ’m daaruit wilt halen is-i weg, juist als wand…

— Ik weet al! We zyn te Parys geweest. Maar heb je dan geen insektenpoeier hier?

— Zeker, neerbuigende Kami, maar ’t helpt eerst als men dood is. Men zou kunnen verdreven worden, als-i niet altyd zorgde dood te zyn, begraven en vergeten, vóór de nederlaag. Dan zyn er nieuwe men’s in de plaats, en ze meende dan met ’n paarduizend pond gegoten yzer, in den vorm van ’n pop die ze neerzetten op de een of de andere markt, de schuld der oude men’s te betalen. Of liever, ze meenen dit niet eens. De bedoeling is alleen zich uittegeven voor beter dan de vorigen. De onoprechtheid van zoo’n nahulde blykt onder anderen hieruit, dat ze, yzer gevende voor eerloos onthouden goud, ter-zelfder-tyd steenen werpen op hen die later weer aanspraak zullen hebben op onnoodig yzer.

— Maar hoe doe je dan om niet te bezwyken?

— Dit is moeielyk genoeg, Kami die gekomen zyt van verre. Zeer enkelen voeren stryd tot het uiterste — dat zyn de verkeerd geborenen — maar de meesten loopen over, en maken gemeene zaak met men, schoon niemand dit onder vier oogen erkent. Integendeel, ieder spreekt over men, alof-i daartoe niet behoorde.

— Hoe kan je dan weten wie ’r toe hoort, en wie niet?

— Dit ziet ge veelal aan den buik…die ’r niet is, o Kami wiens gemoed lust heeft in onderzoek. Wie ’n buik heeft, dik, rond, formosus — dat is: vol van vorm, o Kami! — vooral onopengesneden als ’n bundel preeken, kan verondersteld worden tot men te behooren. En wie geen buik heeft, is verkeerd geboren. Maar ’t gaat niet altyd door, o Kami die wysheid vergadert als ’n regenbak het water, ’t gaat niet altyd door. ’t Is daarmee als met fatsoen…