Akte van Erkenning
| Akte van Erkenning van de Republiek Suriname, gedaan te Den Haag, 25 november 1975 (1975) door Rijksoverheid |
In het staatsblad van Suriname staat een iets andere versie: Akte van Erkenning (SB) |
AKTE VAN ERKENNING
WIJ JULIANA,
BIJ DE GRATIE GODS,
KONINGIN DER NEDERLANDEN,
PRINSES VAN ORANJE-NASSAU,
ENZ., ENZ., ENZ.
op heden, de 25ste november;
gelet op het streven van de regering van Suriname om de onafhankelijkheid van Suriname te verwezenlijken;
Gelet op artikel 62 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, waardoor de statutaire band met Suriname vanaf heden is beëindigd:
en gelet op de akte van souvereiniteit van Suriname,
VERSTAAN:
dat Wij mitsdien op heden, de REPUBLIEK SURINAME als een ONAFHANKELIJKE EN SOUVERAINE STAAT erkennen
BEVELEN:
dat van deze akte, in dubbel opgemaakt, met Onze handtekening bekrachtigd, van het grootzegel van het Koninkrijk der Nederlanden voorzien en mede ondertekend door Onze Minister-President, Voorzitter van de Raad van Ministers van het Koninkrijk, Onze Minister van Buitenlandse Zaken, Onze Minister van Justitie en Onze Ministers voor Nederlands-Antilliaanse Zaken, één exemplaar in ons kabinet zal worden bewaard en één exemplaar in handen zal worden gesteld van de President van de REPUBLIEK SURINAME en dat authentieke afschriften van deze akte zullen worden verzonden aan de beide Kamers der Staten-Generaal, aan de Raad van State van het Koninkrijk, aan de Hoge Raad der Nederlanden, alsmede aan [ 3 ]de Gouverneur en de Staten van de Nederlandse Antillen.
GEDAAN te Den Haag, 25 november 1975.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
- (Drs. J. M. den Uyl)
De Minister van Buitenlandse Zaken,
- (Mr. M. van der Stoel)
De Minister van Justitie,
- (Mr. A. A. M. van Agt)
De Minister voor Nederlands-Antilliaanse Zaken,
- (Mr. W. F. de Gaay Fortman)