Algemeen Handelsblad/Jaargang 126/Nummer 41126/Int. Congres van Archivarissen

Uit Wikisource
‘Int. Congres van Archivarissen’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit het Algemeen Handelsblad, woensdag 17 juni 1953, p. 2. Publiek domein.
[ 2 ]

Int. Congres van Archivarissen

Minister Cals heeft gistermorgen in het Kurhaus te Scheveningen het tweede Int. Congres van Archivarissen geopend, nadat de congresvoorzitter, de Rijksarchivaris jhr mr D. P. M. Graswinckel, een welkomstwoord had gesproken, waarop nog een toespraak van een Franse archivaris was gevolgd. Aan het slot daarvan zei de spr., dat dit congres ook tot een grotere solidariteit en vriendschap onder de archivarissen zal leiden; deze solidariteit is reeds tot uiting gekomen in de bewijzen van deelneming, die na de overstromingsramp zijn ingekomen.
Minister Cals deelde mede, dat hij het noodzakelijk heeft geacht een commissie te benoemen, die tot taak heeft een herziening van de Archiefwet van 1918 voor te bereiden; hierbij zal nauw met de Nederlandse Organisatie van Archivarissen worden samengewerkt. Deze heeft reeds een nieywe redactie van de wet gereed, welke schets thans onderwerp van studie uitmaakt.
Na jhr Graswinkel sprak de heer Charles Braibant, die dit congres een belangrijke etappe in de ontwikkeling van de internationale samenwerking op het terrein der archieven noemde. Vervolgens wijdde spr. aandacht aan het comité, dat een band tussen archivarissen, bibliothecarissen en documentalisten wil leggen en waarover de heer Graswinkel ook reeds had gesproken. Hoewel, aldus de heer Braibant, de financiële hulp van de Unesco gering is en onze eigen middelen maar weinige zijn, moeten wij toch doen wat in ons vermogen is. Zeer noodzakelijk achtte spr. het, dat een staat zal worden gepubliceerd van de inventarissen van de archieven van alle landen, zoals nationaal reeds hier en daar geschied was, voorts noemde hij het wenselijk, dat de Unesco zich zal bezig houden met het bestuderen van de internationale problemen op archief gebied, zoals nu reeds op het terrein der boekerijen en der musea wordt gedaan. Als advies voor hun arbeid, gaf de spr. de archivarissen de wapenspreuk van een zijn vrienden mede „dis peu, fais mieux”.