Op de op 12 april gehouden Ledenvergadering van de Afd. rotterdam der Technische Vakvereeniging trad de heer j. l. m. lauweriks, architect te amsterdam, op als spreker over het onderwerp „Géométrie.”
Aangezien het in de bedoeling van den heer l. ligt om zijn gehouden rede in verband met uitgebreider beschouwingen, in druk uit te geven, kunnen wij moeielijk een uitgebreid verslag hiervan geven. In een philosophische van veel nadenken getuigende beschouwing, toonde spreker aan, hoe men een begrip dat in zijn geheel moeielijk te omvatten is, kun duidelijk maken door het te ontleden in zijn neveneigenschappen en deze stuk voor stuk na te gaan.
Hij toonde aan dat de schoonste vormen berusten op de eenvoudigste vormen, dus de geneometrische vormen, hoe de rechthoekige driehoek de eenvoudigste vorm van een vlak is, en hoe daarmede eene in harmonische schaal opklimmende reeks van lichamen kan gevormd worden; om ten slotte daaruit het bewijs te putten dat overal verhouding tusschen bestaat, en bestaan moet om een product mooi te doen zijn; zoodat b.v. een gevel niet mooi kan zijn wanneer deze niet voldoet aan de wetten der verhoudingsleer.
Deze rede ondervond een zeer aandachtig gehoor en werd krachtig geapplaudiseerd.