I.K. Bonset/Kazernekamer

Uit Wikisource
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Kazernekamer
Auteur(s) Bonset
Datum November 1921
Titel ‘Kazernekamer’
Tijdschrift De Stijl
Jg, nr, pg 4, 11, 166-167
Genre(s) Poëzie
Brontaal Nederlands
Bron Digital Dada Library
Overige publicatie(s) *Ad Petersen (ed.; 1968) De Stijl. 2. 1921_1932. Complete Reprint 1968, Amsterdam: Athenaeum, Den Haag: Bert Bakker, Amsterdam: Polak & Van Gennep, pp. 136-137.
  • Els Hoek (red.; 2000) Theo van Doesburg. Oeuvrecatalogus, Bussum: Uitgeverij Thot, p. 644. ISBN 9068682555
Auteursrecht Publiek domein

[166]

KAZERNEKAMER


      Hoog-wit
      laag-zwart:
      de muren.
      Borrelend-wit-licht
      met bruin verbrande krant
      Vuile vingervegen op den wand.


      Dikke scheeve roestspijker


      Zwarte ijzeren platen.
      elk beplakt met etiquet
      Alles: smerig.
      Vet
      Deken-lijn
      Rood
      Lange stangen
      horizontaal.
      en korte stangen
      Verticaal
      'n Bed
      Grijze kleêrenhoop
      Opgetrokken dekenbeenen
      Eén wang
      Eén gloeiend oor
      Eén wenkbrauwboog
      En 'n zwart neusgat
      van 'n snuiend-slapenden man.
      Zwarte ruiten,
      waarin twee gelijke witte schimmen
      dalen en
      klimmen
      wanneer ik mij beweeg.
      Weerszijden: donkere gordijnen
      zonder kleur
      Groote glanzend bruine
      Deur
      Schel-witte handdoek
      met ’n spitse punt omhoog
Spijker, spijker, spijker, spijker, spijker
                  'n kram
                  'n oog


Op vlakke krib
in hoek van zwart en wit
'n slapende vreeslijk nachtgelaat
      Heel oud
      Heel jong
      geen enkele haar.
      ’t Oor omhoog
      Een neusgat
      Geen voorhoofd
      en geen oog
      'n Stompe schouderhoek.
      En naar omlaag
      rond-zacht-glooiende billenlijn
      Overdwars: dik-roode dekenstreep


      Blikken   bakken
      Blikken   bakken
      Glinster-vlakken.


[167]

Tegen het hoog wit der muren
allerhande kleuren,
scheuren letters en
figuren

„Anton Hunick’s leverpastei“



Is de Beste is de Snelste


„Yvette Gilbert“


Hoog in 'n hoek, zwart spinneweb
En op den grond twee geweren,
zwaar en schuin.

Open kastdeur.
Zwarte chaos
zwarte leêren taschen

De tafel schel-geel
'n fleschje inkt schuin tegen hoek:

Ik Beschuldig

Daar naast ’n half bruin-broodje.

'n Bajonet.
'n Platte pet.
Mijn hand.
De pen.
M'n pols met leêren armband
't Helder wit papier!

Het Hier!

Precies in 't midden
onder 't licht centrum
waar alles om beweegt
'n beker-wit
boordevol met schel-wit licht
gezoomd met hemelsblauwen kring.

(Uit de serie: SOLDATEN 1916)