Merian - Metamorphosis (1705)/50

Uit Wikisource
[ 50 ]
 

50 VERANDERING DER SURINAAMSCHE INSECTEN.

DE L. AFBEELDING.


Witte Battates, zyn wilde Aardvruchten, van de menschen worden se niet gegeeten, sy brengen een schoone witte Bloem voort, gelyk hier te zien is.

Van diergelyke Rupse, als op de wortel kruipt, heb ik veele gehad, die my de Doosen doorbeeten en weg liepen. Den 4. April vond ik in myn tuin in het graven een holligheid, waar in eenige van deze Wormen by de Battattes-wortels lagen ineen gerolt, waar van eene alreede de gestalte van deze schoone Goud-Torren hadde, andere geleeken wat minder daar na, alle waren se nog heel week en wit, die naeenige uuren hard wierden, kreegen allenskens zulke schoone goud-groene verwe.

Den 6. Juny vond ik nog een ander soort van Wormen op deze wortelen, gelyk boven op den steel een te zien is, die is insgelyken in een gekrompen, gelyk heel boven op de plant te zien is, in het begin week en wit, en eenige uuren in de lucht leggende, wierden se hard en swart, en veranderden allenskens in zulke Torren als boven een vliegt.

 

Een andere soorte van Battattes is op de eenenveertigste Afbeelding afgebeeld en beschreeven, welke soorte van Battattes ik aldaar gezegt heb met veel recht van verscheide Auteuren gebracht te zyn onder de soorten van Winden, deze die ons hier verbeeld werd, kan by de Winden niet geplaatst werden, dewyl des zelfs bloem in veel deelen gespleeten is en verders een trechter verbeeld, daar en tegen zo verbeelden de Bloemen der Winden een kloesken, welker randen buitenwaards gemeenlyk omgeboogen zyn; deze Battattes, die hier verbeeld werd, moet dierhalve onder de soorten van Quamoclit gebracht werden, en moet des zelfs naam, myns oordeels, zyn Quamoclit Americana radice tuberosa, flore albo, pulcherrimo.