Naar inhoud springen

Nieuwe Tijdinghen/1622 001

Uit Wikisource

Ianuarius, 1622. 1

Nieuwe tijdinghen wt Spagnien, met den Nombre van t’Gout ende Silver die de Vlote van Tierra Ferma heeft mede gebrocht.

Met noch Tijdinghen Wt Vranck-rijck.

Ende Tijdinghen vanden Grave van Mansfeldt.

Eerst Gedruckt den 7. Ianuarii 1622.

[houtsnede: vijf schepen]

T’Hantwerpen, By Abraham Verhoeven, op de Lombaerde veste, inde Gulde Sonne.

[blz. 3]

Tijdinghe uut Sevillien vanden lesten November 1621.

[bewerken]

Alhier Godt hebbe Loff, zijn wel ghearriveert de Gallioenen met de Vlote van Tierra Ferma, hoe wel niet sonder eenich achterdencken, midts de twee Gallioenen door Tempeest vande Compagnie versteken hebben geweest, ende veel Schepen Masteloos gheworden waeren. Nochtans brenghen in alles Gheregistreert Elff Millioenen zes hondert drijen-t’seventich stucken van Acht Realen, maeckende sevenentwintich Millioen, neghenhondert eenent’neghentich Duyzent ses hondert Duyzendt ghuldens voor elck Millioen, ende Achtenveertich stuyvers voor elck stuck van Achten, met noch wel onderhalff [sic] Millioen daer buyten, [blz. 4] sonder nochtans de Coopmanschappen, d’welck eenen grooten Rijckdom is, ende sal de Trafficque haeren loop seer doen hebben, als oock de Oorloge. Tot Antwerpen is onlanckx groote Provisie in Contanten Ghelde van Italien over comen.

Tijdinghe uut Parijs van December 1621.

[bewerken]

Boetius Pardaliaen, een Capiteyn onder de Gereformeerde om dat hy tot noch toe zijne Conincklijcke Majesteyt seer ghetrouw was ghebleven, is daerom by de Huguenotten in Suspicie ghecomen, dat hy bedecktelijck soude zijn, waer op hy van de zijne selve seer Jammerlijck vermoort is. Ende de twee Steden welcker bewaernisse hem van den Coninck toebetrouwt was zijn Gherebelleert, waer over sy alle beyde terstondt met s’Coninckx Leger bezedt zijn.

Tijdinghe uut Ceulen van December, 1621.

[bewerken]

De stadt van Gulick houdt sich noch teghen, hoe wel hier eenighe goede Maeren waren ghecomen, dat de selve Stadt wel corts mocht comen tot Accoort.

Het Mansfeldisch volc die nu recht Muyteneerders wijse schijnen voorts te ghaen, souden hem als voor een Electo houden, so datmen wilt vermoeyen dat op hem scherpe toesicht ghenomen soude worden, op dat hy gheen Accoort en soude kunnen aenveerden. [blz. 5] Soo dat voortaen niet veel ghoets te verwachten en staet dan Schatten, Blaecken en Moorden, alwaer dit Gheboefte sal nederslaen, want veel vande meeste Belhamers ghoede Calvijns Boeven zijn, diet meest vande Moordadighe stucken ten Platten Lande aengherecht, op gheleydt worden.

Men pleegh wel eertijdts in die Contreyen de Spagniaerden met Wreetheyt te bejeghenen, maer nae dat sy eens dit Stroopen van de Hollandsche Cavaillerie, ende nu wederom den Roock vande teghenwoordighe Brandt-stichterijen gheproeft hebben, keerender veel den Casack, dies te meer dat sy bevinden het Spaens ghebiedt soo onredelijck niet te zijn, als het wel inde Hollandtsche Caerten den Simpelen volck wordt aff ghebeeldt.

Don Gonçales de Corduba, Generael van de Nederlandtsche Armade is met eenighe Duysendt Voedtknechten, ende twee duyzent Peerden, alles fraey volck op de been, al hoe wel dit Roeckeloos hoop van Mansfeldt, sich ook daghelijcks versterct door aenwas van verloopene Boeren, ende Rabauwen.

Mansfeldt soude met de sijne onlancks seer ghewimpelt hebben ontrent de Moesel, nu wederom elders op gheruckt zijn, wat dat hy in den zin ghehadt heeft, wilt men met den eersten verstaen.

[blz. 6]

Tijdinghe wt s’Gravenhaghe vande maent December 1621.

[bewerken]

Sijn Princelijcke Excellentie is hier seer Feestelijck onthaelt van de H.M. Heeren Staeten met groote eerbiedinghe.

Wat nu sal wesen vande Nieuwe Consenten die de Landen ten versoeck van Rade aen de Heeren Staeten souden moeten op brenghen wilt ondertusschen al wat swaericheyts hebben.

Voorders van de Vloote van Spagnien soo Rijckelijck gheladen soude aen comen zijn maeckt hier veel Melancolijcke herten, ende causeert zware Droomen van Oorloghe teghen den naesten Jaere 1622.

Oock datmen in Enghelandt niet teghenstaende de Negotiatie van het Houwelijc tusschen den Jonghen Prince, met de Infante van Spagnien, wat wonders soude soecken te Raemen int Parlement, alwaer teghens nochtans den Papisten wat meerder Liberteyts soude ghejont wesen, is alles sulckx datmen moet bekennen dat het zwaer is in s’Heeren Boecken den dach te sien.

Tijdinghe Wt Praghe.

[bewerken]

Bethlem Gabor dreycht seer aen die van Slesien maer men weet hem niet te wil dan Cruyt en Loot den Armen Landtsman moet het al becoopen. [blz. 7] Onlanckx heeft Gabors volck noch over de tweelff Dorpen in Brandt ghesteken.

Tijdinghe uut Parijs vanden xiiij. December 1621.

[bewerken]

Den neghensten deser soo zijnder van hier naert’ Hoff vertrocken tweelff Tonnen vol Contanten gelde, inne houdende duysent maels Duyzent ende twee hondert maels Duyzent Ponden Parisis, met seer sterck Convoy.

De Regerende Coninginne is den thienden deser alhier ghearriveert, ende was inne ghehaelt met een groot ghetal van Carotsen, ende Peerden vande Coninghinne Moeder, die welcke haer strackx in haere Carotse heeft ontfanghen.

Den hertoch de Chaulne is in Compagnie van haere Majesteyt ghecomen.

Den Coninck was over eenighe daeghen tot Neracq, ende men verwacht hem nu inde stadt van Bordeaux.

Men verstaedt dat den Coninck Commissien ende Patenten heeft wt ghedeylt, omme xxxvij. Regimenten Soldaeten op te lichten, alle de welcke moeten teghen den lesten Meert veerdich wesen.

Den Maerschalck Desdiguieres heeft oorlof gecreghen vanden Coninck omme weder te keeren naert’ Delfinaet in zijn Gouvernement, op belofte [blz. 8] van thien Duyzendt Soldaeten ten dienste vanden Coninck op te lichten, omme daer mede te voorcomen ende te beletten datter niemant teghens zijne Majesteyt en soude opstaen.

Den Heere de Crichy is Maerschalc van Vranckrijck ghemaeckt inde plaetse vanden Overleden Maerschalck de Brisack, ende hy is oock nae Delfinaet ghetrocken.

Die van de Fortresse van Monteurt stonden in Tractaet ende Parlementeerden om sulckx te doen onder Compositie, maer den Coninc en heeftse niet anders als t’sijnder Discretie willen ontfangen, de plaetse is sterck ende wel versien van Soldaten.

Men verstaet dat den Hertoch d’Espernon Tracteert van te verlaten sijne Gouvernmenten van Xainctonge, Angoulemes ende Metz, ende daer voore te aenveerden de Lieutenandt Gouverneurschap van Guyenne daer van mijn Heere des Coninckx Broeder Gouverneur is.

FINIS
V.C.D.W.A.

Origineel

[bewerken]