Nieuwe Tijdinghen/1625 025

Uit Wikisource
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Meert, 1625. XXV.

Cort verhael van de ghiften die de Coninckrijcken van Spagnien presenteren aen zijn Conincklijcke Majesteyt van Spagnien totter Oorloghe.

Met noch Tijdinghe vanden Prince van Oragnien.

Eerst Ghedruct den 29. Meert. 1625.

[houtsneden: drie schepen]

T’Hantwerpen, By Abraham Verhoeven, op de Lomaerde Veste, inde gulde Handt.

[blz. 3]

Cort verhael van de ghiften die de Coninckrijcken van Spagnien presenteren aen sijne Conincklijcke Majesteyt van Spagnien totter Oorloghe.[bewerken]

Inden eersten

Alva, Opusco, Biscaya, ende Montanna, sullen onderhouden thien Duysent voetknechten, ende een duyzent Peerden, ende twintich Oorlochschepen.

Navarra, ses duyzent voet-knechten, ende een duyzent Peerden.

Portugael, acht duyzendt voetvolckx ende twee duyzent Peerden, ende twintich Oorlochschepen. [blz. 4]

Galicia sal onderhouden zes duyzendt mannen te voet, ende duyzendt Peerden, ende thien Oorlochschepen.

Andalouzia ende Granada, sal doen tweelf duyzent te voet, ende dry duyzent Peerden, ende dertich Oorlochschepen.

Castilla, twintich duyzent te voet, ende dry duyzent Peerden, ende noch tweelf Millioenen in dry jaeren te betaelen.

Arragon thien duyzent te voet, ende een duyzent Peerden.

Catalonna, vier duyzent te voet, ende acht hondert Peerden, ende tweelf Oorloch schepen ende zes Galleyen.

Valencia, zes duyzent te voet, ende acht hondert Peerden, ende vier Galleyen.

De Gheestelijckheydt ende Religieusen twintich duysent voetknechten.


Somma 102V. 13V600. 92. 10.

[blz. 5]

Dese voornoemde Somme bedraecht hondert duysent ende twee duysent mannen te voet.

Het Peerdevolck bedraecht derthien duyzent zes hondert.

De Oorlochschepen zijn twee-en-t’negentich ende thien Galleyen.

Sijne Catholijcke Majesteyt gaet naer Arragon, ende sal arriveren te Barselona, alwaer dat comen zullen de Princen van Italien, om te zien wat dat een yeghelijck van haerlieden sal presenteren tot de selve Oorloghe.

Met de Brieven van Enghelstadt in Beyeren wordt gheschreven, dat aldaer veel volckx ghewerft oft aengenomen wordt voor den Coninck van Spagnien, d’welck metten eersten tot Olms monster sal passeren.

Tijdinghe Wt Vranckrijck.[bewerken]

Van Parijs wordt oock geschreven dat die van Rochel hadden eenighe gedeputeerden te Parijs aen den Coninck gesonden om hem te begheeren het fort van S. Louys die hy by Rochel gemaeckt hadde te raseren, ende eenighe artikelen die hy [blz. 6] dievan Rochel voor gehouden hadde te veranderen, maer den Coninck en heeft dese gedeputeerde geen antwoordt gegeven alsoo dat sy hebben sonder antwoordt moeten door ghaen, het welck een teecken is dat hy van meyninghe niet en is, om het foort te raseren, noch de artikelen te veranderen.

Tijdinghe uut Hollandt.[bewerken]

Van Hollandt wordt geschreven dat sy daer gebenedyt sijn met Oorloghe Pest ende Dieren tijt, beneffens mundatien oft doorbrecken van dyckagien ende onverdrachelijcke schattingen.

Aenghaende hun Oorloghe hun last is grooter dan het oyt gheweest is beneffens dassistentie dat sy wt Vranckrijck en Enghelandt hebben de Pest is oock grooter danmen geweeten heeft te wesen in desen tijdt des iaers, ende aeghaende de dierte een sekere wel bekende persoon van Brussel reysende onlanckx naer Hollandt met paspoort droech met hem een Brusselsche wittebroot van een halven stuyver, ende comende dat te weghen in Hollandt heeft bevonden dat het meer gewoeghen heeft als twee Hollantsche halve stuyvers wittebroden. [blz. 7]

Wt Hollandt wirdt geschreve dat den Prince van Oragnien heel debiel en cranck is so is nu te saemen op eenen tijdt, den Prince Mauritius belegheert met sieckte, ende sijn stadt van Breda met soldaten, Crycht nu de doot de Victorie over hem ende den Marquis Spinola over de stadt so neempt de glorie van sijn Sigh-hafticheyt een eynde en de Gommaristen mogen de fout leggen op de Predestinatie.

Den Grave van Mansfeldt heeft over ettelijcke dagen met een groote Suite int root gecleedt, in den haghe gheweest, ende heeft by den Prince van Oragnien Audientie ghehadt, men vermeynt hy wederom naer Geertruydenberch treckt.

Nu aengaende van sijn Commissie oft bevel, dat zalmen den Leser met den eersten verwittighen.

Nu met de groote zieckte ende cranckheyde van sijn Exc. soo staen de zaecken heel dubieus het mochte wel een groote veranderinge maecken inden staet.

FINIS.[bewerken]

Imprimi P.P.C.C.A.