Occult woordenboekje/Spookverschijnselen

Uit Wikisource
Spontaan ‘Spookverschijnselen’ door D. van Veen S.P.R.
Afkomstig uit D. van Veen Jzn. ([1937]) Occult woordenboekje, Apeldoorn: Ned. Ver. van Spiritisten „Harmonia”, p. 61-62. Publiek domein in de EU.
[ 61 ]
Spookverschijnselen: ten onrechte menen velen, dat daaronder alleen moet worden verstaan: fantomen, verschijningen van afgestorvenen. Men onderscheidt plaatselijke (aan een bepaalde plaats gebonden) en persoonlijke (aan een bepaalde persoon — medium — verbonden), verder: zichtbare en hoorbare, doch ook de andere zintuigen kunnen beïnvloed worden.
Voorbeelden: het openen van deuren, rappings, het horen vallen van meubelen, stuk vallen van glaswerk, voetstappen of ruisen van kleren, enz. enz.
Verder zijn er: aanrakingen, alsof men wordt beetgepakt. Sommige spookverschijnselen duren slechts kort, andere vele jaren. Ze komen vaak voor bij kinderen in de puberteitsjaren.
Persoonlijke spookverschijnselen noemt men meestal: Poltergeistverschijnselen.
Verder: stenenregen, sihrih-spuwen, apporten, enz.
Men zie ook: Illig: „Zwijgen de doden?” en Dr. Tenhaeff: „Hoofdstukken uit de parapsychologie” en: „Spookhuizen” van Flammarion. Dikwijls houden ze op, als de ongelukkige [ 62 ]geest, die ze veroorzaakte, zijn boodschap kan doorgeven, of een of ander onrecht kan herstellen.