Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1856 en 1857.djvu/496

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
74
NATUURHISTORISCHE SCHETS

slechts een , dat boven allen twijfel verheven is. Het betreft den beroemden wis- en sterrekundige lalande. Deze was huisvriend bij d'isjonval, en scheen bijzonder inde gunst te staan van diens echtgenoot. Mevrouw d'isjonval. namelijk onthaalde lalande iederen zaterdag, wanneer hij bij haar een bezoek kwam afleggen, op een 20 of 30 tal kruisspinnen, die ze hem op een zilveren schaaltje voorzette, en waarvan hij dan vaak verzekerde, dat ze hem lekkerder smaakten, dan de beste hazelnoten. Nog onlangs bevestigde carron du villards dit feit, en voegde er bij, dat zijne eigene tantes te Lyon lalande insgelijks meermalen op de grootste spinnen, die zij konden vinden, hebben onthaald.

Iets geheel anders is het, wanneer er vraag is: of de spinnen eenen vergiftigen beet toebrengen? Hier valt ons antwoord volstrekt niet ontkennend uit. Bij alle spinnen zonder onderscheid, doch zeer uiteenloopende in ontwikkeling en kracht, zijn de monddeelen gewapend met een gift-toestel. In het midden tusschen hare voelers of palpen bevinden zich de twee zoogenoemde gemetamorphoseerde bovenkaken, die meestal een deels glad en hoornachtig, deels behaard voorkomen hebben. Deze bestaan uit twee geledingen, waarvan de uiterste in de volgende kan worden ingebogen (bladz. 3). Beide zijn hol.

a. klierblaasje.
b. gifthaak.

a en b. als voren.
c. uitlozingsbuis.

spleetvormige opening
in den gifthaak.
(Alles sterk vergroot).

De uiterste is haakvormig, in eene kromme spits of punt, gift-haak, uitloopende, alwaar zich steeds eene zeer kleine ronde of spleetvormige opening bevindt. In de volgende geleding, maar ten deele ook in het