Pagina:Album der Natuur 1861.djvu/376

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
 

JOHANNES KEPLER;

DOOR

W. M. LOGEMAN

 

 

Iedereen, die niet ten eenenmale vreemd is op het gebied der sterrekunde, weet, dat onder de grondregelen dier schoone wetenschap de zoogenaamde »wetten van kepler" eene voorname plaats beslaan. Met kepler zelven evenwel, met de geschiedenis van zijn leven en lijden, van zijn arbeiden en zwoegen is dikwerf hij, die hem naar de vruchten van zijnen arbeid heeft leeren hoogschatten, volkomen onbekend. Toch is die geschiedenis merkwaardig genoeg, toch rijst kepler ook als geleerde in onze schatting, als wij de omstandigheden leeren kennen, waaronder hij leefde, terwijl hij met zoo bewonderenswaardige vlijt en volharding arbeidde. Eenige bladzijden van dit Album, aan hem gewijd, mogen dus aan de lezers niet geheel onwelkom zijn, al is het ook dat men, bij den man als een noodzakelijk aanvulsel ook de voornaamste van zijne ontdekkingen schetsend, gevaar loopt voor den eenen lezer te veel te zeggen, omdat hem die ontdekkingen reeds van elders bekend zijn, en voor eenen anderen te weinig, omdat het niet wel mogelijk is, hem zonder te groote uitvoerigheid ten volle te doordringen van de uitnemende belangrijkheid der waarheden, met wier kennis kepler de nakomelingschap heeft begiftigd.

In het dorp Magstatt in Wurtemberg werd kepler op den 27 December des jaars 1571 geboren. Zijn vader, die daar herbergier was, liet hem naar het schijnt in zijne jeugd, zoo niet zonder eenige opvoeding, dan toch zonder eenig onderwijs. Eerst na diens dood werd