Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1862.djvu/346

Uit Wikisource
Er is een probleem opgetreden bij het proeflezen van deze pagina
324
STUDIËN OVER DEN OLIFANT.

of iets meer. Eens zag hij eenen inlander, bij gelegenheid eener zware regenbui, zich geheel en al verschuilen in en onder het oor van eenen pas gedooden olifant!

Wat ook de bewonderaars der "schoonheden" van dit dier mogen beweren, zij zullen niet ontkennen, dat zijn sleuf- of geulvormige mond een zeer onbehagelijk voorkomen heeft. In het bijzonder geldt dit van de dunne, spits-kegelvormige, kleine en slappe onderlip. Belangrijker echter zijn de gewone, buitengemeen zware en harde maaltanden of kiezen, die eigenlijk uit verscheidene lamellen of platen tot één stuk zijn te zamen gesmolten.

Op deze plek in de tekst zou een afbeelding moeten verschijnen.
Olifants-kies, met eerstbeginnende afslijping der kroon, tot aanwijzing der vele lamellen.

In iedere kaakhelft worden daarvan hoogstens slechts twee te gelijkertijd gevonden, soms ook maar anderhalve of slechts één, in nu eens meer dan minder afgesleten of verbruikten toestand. Na hunne verslijting, worden zij niet, op de gewone wijze der tandwisseling, van onderen naar boven door nieuwe vervangen, maar van achteren naar voren. Elke oorspronkelijk aanwezige tand zou aldus tot 8-malen kunnen worden verwisseld, zoodat, zegt vrolik, "het volle getal van elkaar allengs vervangende kiezen 32 zou bedragen" [1] . Met de slijting of afslijping hunner kroon- of kaauwvlakten staan ook de reeds besprokene, even eigenaardige als fraaije en tot het onderscheiden der soorten dienstbaar gemaakte, elliptische of ruitvormige figuren van dezen (zie blz, 265) in verband. Overeenkomstig met het getal der afzonderlijke kies-lamellen, nemen deze figuren in aantal bij de oudere of laatst te voorschijn tredende kiezen toe, en kan dit getal, volgens bürmeister, tot 28 klimmen, zelfs bij den Indischen tot 26. Vooral op de geslepen en gepolijste platen van dwarse doorsneden — welke teregt als natuur-historische sieraden worden vertoond — ziet men deze tandfiguren bij uitnemendheid, en

  1. Het leven en maaksel der dieren. — Vergelijk mede hierover gervais, Hist. natur, d, mammifères, waar meerdere bijzonderheden te vinden zijn aangaande dit onderwerp, voor een groot deel ontleend aan de nasporingen van corse en de blainville.