Naar inhoud springen

Pagina:Baumhauer1848WijLevenindeNatuur.djvu/49

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

— 45 —

immer verlorene gedenkschriften der oudheid teruggeschonken, of hem over de echtheid of vervalsching van oudheden bescheid gegeven?

En kan de onderwijzer de natuurwetenschappen missen, ten zij hij den steeds waarom en hoe vragenden knaap het antwoord wil schuldig blijven, of door een verkeerd bescheid dwalingen aankweeken, of bij den meer schranderen jongeling zich zelven belagchelijk maken?

En kan, zonder in de kennis der natuur te zijn doorgedrongen de wijsgeer wijsgeer heeten? "Wat is de natuur anders dan de wijsbegeerte, wat de wijsbegeerte anders dan de natuur?" zoo als te regt Paracelsus reeds zeide. Hebben wij niet alle wijsgeerige stelsels, die niet op de kennis der natuur gebouwd waren, als kaartenhuizen zien instorten? Hebben wij niet de wijsgeeren, die zonder natuurkennis voortredeneerden en zich verlustigden in het optrekken van een gebouw te zamen gesteld uit sluitredenen, welke aan de onverbiddelijke uitspraak der Natuur geen