Pagina:Bosboom-Toussaint, Het Huis Honselaarsdijk in 1638 enz. (1886).pdf/466

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Gij waart zulk eene goede meesteres en mijne arme broederen in Klein-Azië hadden ondersteuning noodig; ik heb hun dat geld gezonden; o! ik voelde het toen reeds, dat de Heer mij hier mijne plaats had aangewezen, en ik had eene geheime hoop, dat ik u eenmaal naar de bron der vertroosting zou mogen heenleiden.

― En gij hebt wel gelijk, want zelfs de gave Apollo's verkwikt niet allen dorst. Gij zult mij heenleiden tot den waardigen man, dien leeraar van uwen Christus. Ik wil van deze belangrijke zaken meer hooren!....