Pagina:Bosboom-Toussaint, Majoor Frans enz (1888).pdf/184

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

doet zij niets om mij hier het leven dragelijk te maken. Ik heb nog vrienden genoeg, die hier graag nog eens een dagje wilden komen passeeren, maar freule Mordaunt schrikt ze allen af sinds de kapitein hier is. Zij is zeker bang dat hij zich vergrijpen zal tegen den goeden toon."

Er was iets pijnlijks in de machtelooze bitterheid van dien grijs aard; maar wekte hij mijn medelijden, mijne achting won hij niet: ik voelde te zeer waar het haperde en hoe zijne voorstelling juistheid miste. Liever dan met zijne klachten over Francis, in te stemmen, beproefde ik eene afleiding te maken.

»De Werve ligt toch in eene heerlijke streek, oom!"

»Dat geef ik u toe, en het is voormaals eene mooie possessie geweest, maar als men niet eigenlijk zin heeft voor het landleven en van alle jachtvermaak moet afzien, zooals ik, den winter en zomer blijven moet en geen rijtuig kan houden, dan is men tot het uiterste isolement gedoemd. Het dorp zelf biedt niet de minste ressources; te voet kan men niet in de stad komen, en de om liggende plaatsen zijn allen veel te verwijderd om er eenige con versatie mee te houden; daarbij met Francis en in mijne veranderde positie zou dat ook niet best gaan."

»Om de waarheid te zeggen, oom! verwondert het mij eenigszins dat gij u niet van dat oude kasteel ontdoet, sinds gij toch geen smaak vindt in het landleven en de gelegenheid mist om partij te trekken van de gronden."

»Voor dat laatste, beste jongen, moet men geld hebben, veel geld, waaraan het mij altijd heeft ontbroken en wat het eerste betreft, dat zou ik graag willen, want ik kan beter en goedkooper wonen in de eene of andere kleine stad; maar er zijn voor mij ontzaggelijke bezwaren verbonden aan den verkoop van dit goed; ik zou er eene enorme som voor moeten vragen, omdat het, onder ons gezegd, nogal bezwaard is, en niemand kon er veel voor geven, daar ik door allerlei tegenspoed de bezittingen deerlijk heb moeten verbrokkelen. Iemand die een kasteel koopt. met zijne heerlijke rechten, wil tegelijk bezitter worden van de bosschen, van de omliggende gronden, en ik ben daarvan niet meer de eigenaar."

»Mogelijk zou iemand die in de nabijheid zijne eigendommen had er nog wel toe komen kunnen om u bijzonder voordeelige condities toe te staan."