Het andere perkament, van later tijd, was alleen een kort woord van lord William, geschreven in blijkbare ontroering, verwarring en overspanning, even vóór hij tot de noodlottige jacht uitreed, vanwaar hij besloten had niet terug te keeren. Toevallig had zich zijne aandacht gevestigd op de belangrijke kist; tusschen een der steenen sieraden van de tombe viel hem een sleutel in het oog, en… de ontdekking, die hij toen deed, had hem zoo getroffen, dat hij besloot, niet langer het werktuig en nooit de medepleger van dit onrecht te zijn. Eene poging ter opsporing van zijn broeder bij den prior der Franciscanen was mislukt: deze verklaarde, nooit een nabestaande van de Eastlands in zijn klooster te hebben opgenomen.
Wanhopend den verlorene weder te vinden! wilde hij hem door zijn dood teruggeven, wat hij hem onwillens ontnomen had; hij hield het voor zeker, dat Sir Raphaël zich aanmelden zou na zijn overlijden; vandaar zijne voorzorgen bij dien biechtvader; opdat zijn broeder ongehinderd de plaats hernemen mocht, waaruit hij om zijnentwil was verdrongen geworden.
Zonder overleg of nadenken volvoerde de vurige jongeling zijn besluit zoo schuldig en toch uit zoo edelmoedig een beginsel opgekomen!
Een roerend woord van vaarwel, en eene bede aan Sir Raphaël, was er nog bijgevoegd, nevens eene klacht over de smart, die bruid en vader door hem lijden moesten; en eindelijk nog dit aan ieder, wien zijn schrijven in handen kwam: Stervende boet ik eene schuld, die niet de mijne was; mijn erfgenaam is mijn broeder Raphaël! Wie gij ook zijn moogt, waar voor de handhaving van mijn laatsten wil! Om uwer ziele zaligheid veronachtzaamt dien niet! William, lord van Eastland.
Dat de ontdekking van lord William niet eerder en alleen door dezen was gedaan, verklaart zich licht. Eerst na den dood van den ouden biechtvader was de kist, op diens verzoek, door Matthews daarheen gebracht, onder voorwendsel,