Deze pagina is proefgelezen
Hoe bleef gij trouw en teêr verwant
Aan alle schoonheid die vergaat:
Den glans van 't kinderlijk gelaat,
De bloemen van het lenteland;
Eén met wat hulploos naakt en bloot,
Als voor het oog der goden gij,
Wacht de genâ van 't aardsche tij
En slechts geluk wil of den dood; —
Als voor het oog der goden gij,
Wacht de genâ van 't aardsche tij
En slechts geluk wil of den dood; —
Gij zult niet zingen sterk en vrij
Zoolang uw minste zuster lijdt — :
Als weêr de zon den morgen blijdt,
Dan voert de leeuwerik de rei!
Zoolang uw minste zuster lijdt — :
Als weêr de zon den morgen blijdt,
Dan voert de leeuwerik de rei!