Pagina:Correspondance de Guillaume le Taciturne, prince d’Orange, 1857.djvu/159

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

wille dat hy tsaterdaechs tsavonts doen d’Excellencie van den prince van Oraignien tsondaechs daernae geschoten werdde, vuyt Antwerpen naer Tempsche gereyst was, ende opten zelven sondach tot Tempsche voirscreven zoude geseyt hebben, dat op dyen sondach t'Antwerpen wat vreempts ommegaen soude, ende dat men corts wat nyeuws hooren soude ende eene groote veranderinghe, ende nadyen hy deshalven voor schepenen nerstelyck ondersocht was ende geexamineert geweest hadde, ende syne defensie ende onschult bewesen hadde, is hy van der voirsereven apprehensie ontslagen geweest, ter ordonnantien van myne heeren bourgemeestere ende schepenen, op ten xxiijen meerte anno lxxxij.

Van dat Pedro de la Penna, coopman, van de spaensche natie, gesaiseert was ende opten stadthuyse t’Antwerpen bewaert, deur oirsake dat hy was gesuspecteert correspondentie gehouden te hebben met Gaspar d’Annastro, spaengniaert, welcken Jaspar gepractiseert hadde het mordadich feyt van te doen duerschieten d’Excellencie des princen van Oraignen ; ende nadyen denselven Pedro by schepenen geexamineert was, ende deshalven zyn vercleren gedaen hadde, is op ten xxiijen meerte anno lxxxij, ter ordonnancien van mynen voorgenoempde heeren bourgemeestere ende schepenen, by faulte van naerder informatie, ontslagen geweest van den voirscreven saisissement, onder cautie juratoir, by hem gedaen, van hem vuyter stadt van Antwerpen nyet t’absenteren, maer toties quoties zynen persoon te representerene, des van den voirscreven scouteth versocht synde.

Van dat Ludovico Guicciardini, italiaen florentin, gesaiseert was ende op ten stadthuyse tAntwerpen bewaert, om dat hy was gesuspecteert correspondentie gehouden te hebbene met Gaspar d’Anastro, spaengniaert, die het moordadich feyt van het deurschieten van Zynder Excellencie gepractiseert hadde, vuyt dyen'hy onlancx eer tvoirscreven feyt geschiede, by den voirscreven Annastro geweest eten hadde, dwelck hy van te vooren nyet gewoon en was te doene, ende oyck van dat hy soude ge-