Naar inhoud springen

Pagina:Couperus, De boeken der kleine zielen (1901-1903).djvu/146

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

jongens — allen blond, vlasblond, met zachte roze kleurtjes, op hem klommen, waar hij achterover lag in de grote fauteuil -: Gerdy en Adèletje en Alex en kleine Guy, terwijl de oudste, Marietje, zeven jaar, in haar armpjes moeilijk tilde de kleine baby en nog een grote baby kroop tussen de poten van tafel en stoelen, op de zoek van een kapotte pop. Te midden van dat blonde gedwarrel — al de kinderen met die vlasblonde krulletjes en die zachtroze blosjes — fijn gebouwd als poppetjes — was Gerrit als een reus, was hij nog groter en forser, vulde zijn uniformfiguur, wanneer hij zich bewoog, de kamer, scheen hij, ravottende met zijn kinderen, met éen beweging — ze allen — Guy en Alex, en Adèletje en Gerdy, die hingen aan zijn benen en handen, te kunnen doen tuimelen over de grond, tot angst van grootmama, die hem zo wild vond, maar Adeline was altijd heel kalm, ook blond, zacht glimlachend met haar fijn blonde gezichtje ook, haar figuur al moederlijkjes vervormd als van een vrouwtje, dat veel kinderen krijgt en, ofschoon jong, geen coquetterie meer heeft voor slankheid. Zij was eenvoudig en zacht, zo een klein, blond, haar grote, zware man altijd kinderen barend vrouwtje: als een plicht, waarover zij niet veel dacht, omdat Gerrit het zo gaarne wilde — een natuur van glimlachende onderworpenheid, altijd liefjes en rustig, nooit driftig of zenuwachtig om haar woelige troepje, en rustigjes afdoende haar plichtjes van moeder. In November wachtte zij haar achtste af en er scheen in het kleine huis altijd nog maar meer plaats te zijn voor woelige, blonde kindertjes. Mama Van Lowe, die dan met Constance na de lunch was gekomen, met een landauer, zeide dan:

— Nu, wie gaat er met oma mee...?

En meestal werd het dan zo geschikt, dat, behalve Adeline zelf, er wel een viertal blondjes mee in de landauer werden genomen: drie kindertjes nog binnen, en Alex op de bok, aan de zorg van de koetsier speciaal toevertrouwd. Dan straalde mama Van Lowe's gezicht, terwijl een grote toer werd gemaakt, langs Voorburg, Wassenaar of Voorschoten en de kinderen, als de gelegenheid zich aanbood, werden onthaald op melk. Of de tocht ging alleen naar Scheveningen, en bij Berenbak maakte mevrouw Van Lowe opschudding, terwijl iedereen uitzag naar het rijtuig, waaruit behalve de drie dames nog kwamen de drie kindertjes, terwijl Alex klom van de bok... Twee tafeltjes voegde de knecht aan elkaar, en taartjes en ijs werden besteld... En genoot de oude vrouw in het huis van Bertha vooral van de voornaamheid, die lag over het leven daar — leven, dat haar herinnerde haar eigen leven van grootheid — tussen het troepje van Adeline genoot zij weer anders, genoot zij van al dat jonge, dat blonde, dat vrolijke, dat natuurlijke — waar aan de voornaamheid helemaal geen eisen werden gesteld — was zij niet de wereldse grootmama meer, die belang stelde in de officiële diners,