Naar inhoud springen

Pagina:Da Costa's Kompleete Dichtwerken (Hasebroek, 1876).pdf/685

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
en de levensboom van Eden
louter levensvruchten draagt.

In dien naam van driemaal heilig,
driemaal heilig, driemaal goed,
zij de dag, het feest, de feestdisch
door ons jubelend begroet!
Zij de beker dien wy heffen,
dierbaar Echtpaar! u ter eer,
tot een dankgebed geheiligd
voor uw heillot van den Heer!
Ja! de Bondgod van uw vaadren,
uw Verbondsgod in den doop
wil de God zijn van uw echtknoop,
van uw hart, uw sterkte, uw hoop.

God in leven, God in sterven,
onder ’t loflied, onder ’t kruis!
„’k Wil hem dienen (zegt de Bruîgom),
met mijn gade, met mijn huis!" -
„Noordwijks rozen mogen blozen
of verbleken en vergaan
„’k blijf mijn egade in die keuze,
(zegt de Bruid), ter zijde staan!" -
Moederds, broeders, zusters, vrienden
juichen weemoedvol te moê,
edel Bruidspaar! die gelofte
met hun Amen! zeegnend toe.

1854





DEN HEER J. A. VAN EYKEN,
BY ZIJN VERTREK NAAR ELBERFELD.


Van Eyken! met uw gaaf van poëzy in tonen,
neem Neêrlands heilgroet meê naar 't vriendlijk Elberfeld,
waarhenen 't broederhart van Maas- en Amstelzonen
met deze stille beê u zegenend verzelt :
Dat ook aldaar de vlucht van uw geleerde akkoorden,
geheiligd aan de bron der hoogste waarheidswoorden,
nog menig ziel verrukk', bevrijd door Christus bloed,
en als op vleuglen voer' den Heiland in 't gemoet.