Naar inhoud springen

Pagina:DeOntwikkelingVanHetSocialisme (Engels 1886).djvu/49

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

45

maatschappelijke produktieve krachten te behandelen. Zoowel de industriëele periode van hoogdruk met het onbeperkt opdrijven van krediet als de kraak zelf door het vallen van groote kapitalistische inrichtingen, drijven tot dien vorm van het maatschappelijk maken der grootere massa produktiemiddelen, die ons te gemoet treedt in de verschillende soorten van vennootschappen. Velen dezer produktie- en verkeersmiddelen zijn van den beginne af zoo kolossaal dat zij evenals de spoortreinen elken anderen vorm van kapitalistische uitzuiging buitensluiten. Op zekeren trap van ontwikkeling is ook die vorm niet voldoende: de officiëele vertegenwoordiger der kapitalistische maatschappij, de staat, moet de leiding overnemen.[1] Deze noodzakelijkheid der verandering in staatseigendom treedt het eerst te voorschijn bij de groote verkeersinrichtingen: post, telegraaf, spoorwegen.

Evenals de krisissen de onmacht der bourgeoisie tot verder beheer der moderne produktieve krachten toonden,


  1. Ik zeg: moet. Want alleen in geval de produktie- of verkeersmiddelen werkelijk ontwassen zijn aan de leiding door vennootschappen en dus het overgaan in staatsbeheer ekonomisch niet meer is tegen te gaan, alleen in dat geval is het, zelfs al doet de tegenwoordige staat het, een ekonomische vooruitgang, nl. het verkrijgen van een nieuwe voorbereiding tot het inbezitnemen van alle produktieve krachten door de maatschappij zelve. Echter in den laatsten tijd, sints Bismarck zich heeft toegelegd op het overnemen van staatswege is zeker valsch socialisme opgetreden en hier en daar zelfs ontaard in eenig koketteeren, dat elke overname van staatswege, zelfs die door Bismarck, verklaart voor socialistisch. Zeker, indien het overnemen van den tabakshandel door den staat socialistisch is, dan rekenen Napoleon en Metternich mede tot de grondvesters van 't socialisme. Wanneer de Belgische staat om zuiver finantieele redenen de hoofdspoorwegen zelf overnam, wanneer Bismarck zonder eenige ekonomische noodzakelijkheid de hoofdbanen van Pruissen overnam, alleen om ze beter te kunnen gebruiken in geval van oorlog, om de ambtenaren op te leiden tot stemvee der regeering en voornamelijk om zich een nieuwe bron van inkomsten te vormen buiten de besluiten van het parlement om—dan zijn dat geen socialistische stappen, hetzij direkt, hetzij indirekt—hetzij bewust of onbewust. Anders zouden ook de rijksbemoeiingen met de scheepvaart, de koninklijke porceleinfabriek en zelfs de kompagnieskleermaker bij de militairen socialistische inrichtingen zijn.