Pagina:De Duinen en Bosschen van Kennemerland, Van Eeden 1868.djvu/31

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

13

gestoven zand. De vlakten zijn daar langwerpiger, zeer uitgestrekt, somtijds een half uur gaans, en loopen doorgaans evenwijdig met de zee. De oorzaak, waardoor deze valleijen niet onafgebroken door duinruggen begrensd, nevens elkander loopen, is duidelijk. In de uiterste reeks wordt door de stormen nu en dan een gat geslagen; het zand stuift landwaarts in en vormt een nieuwen duin van het westen naar het oosten, die òf de reeks op deze plaats buitengewoon verbreedt òf met haar een regten hoek vormt. Deze vormingen gaan nog steeds voort, vooral in de afgelegenste duinstreken. Het is een grootsch gezigt, zulk een zandval, waaruit hier en daar de toppen der boompjes en struiken droevig te voorschijn komen, als smeekten zij nog om hulp tegen het onvermijdelijk noodlot. Langzaam worden ze geheel bedolven, en na eenige jaren staat er een berg, waar eens een boschje was.

Aan de zeezijde zien wij de toppen der duinen van geringen omvang, maar digter opeengedrongen; geheel anders dan aan de landzijde. Hier is een zachte glooijng, die tot hooge, breede toppen en uitgestrekte valleijen voert, ginds een opeenhooping van toppen, waartusschen diepe, smalle kronkelpaadjes zeewaarts leiden. Beide vormen ziet men zeer digt nevens elkander bij het dorp Wijk aan Zee. Daar is de duinrand zeer smal en niet breeder dan tien minuten gaans. Aan de landzijde is het duin zeer hoog en breed getopt, aan den zeekant even veel- en smaltoppig als elders.

De ligging van dit dorpje is schilderachtig. De toren heeft geen spits, maar een pannendak, van daar iets niet-Hollandsch; hij is niet hooger dan de groene duinen met hun witte paadjes, die den achtergrond vormen. Het landschap herinnert aan Duitschland en is schooner dan de onmiddellijke omstreken van Scheveningen, Katwijk of Zandvoort.

De duinvalleijen achter Bloemendaal en Velsen zijn voor een deel begroeid met boschjes, wier witte berkenstammen reeds in de verte zigtbaar zijn. Verder achter de hooge duintoppen is alles graauw, en aan den gezigteinder ziet men hier en daar de Noordzee als een flikkerende azuren