52
DE WERELDTENTOONSTELLING TE PARIJS.
Vervolg.
Wij kunnen ons niet te lang in deze zaal ophouden en willen nog slechts een blik werpen op: de opvoeding van Karel den vijfden van Hammand. In een groot vertrek, met antieke tapijten behangen en bekleed en waarin door een groot venster van beschilderd glas een gekleurd licht valt, zit Joanna de krankzinnige, de moeder van den knaap, die eens de magtigste vorst van Europa wezen zal, op een hoogen leunstoel, waarboven zich een kunstig gesneden troonhemel verheft; hare matte oogen vallen langs de levenlooze wangen op hare handen, die op haren schoot gevouwen liggen. Karel, de levenlustige
knaap, zit naast haar; om beiden heen verzameld zitten of staan Joanna's raadsheeren in hunne deftige, middeleeuwsche gewaden; het zijn grijsaards, wier oordeel door de jaren en de ondervinding gerijpt is, en die onder de les van Erasmus meer oplettend waarnemen dan luisteren. Het gelaat van Karel, dat onder zijne blonde lokken uitkomt, teekent oplettendheid en leergierigheid; zijne onderlip steekt een weinig vooruit als bij allen uit zijn geslacht en doet onmiddelijk denken aan de magtige vorsten van Oostenrijk en Spanje. Erasmus is de ware tijpe van de geleerden der 15e en 16e eeuw; zijne lange kleederen, de wijde omslagen van zijne mouwen, de doctorsmuts maken hem deftig doch nemen het geestige en boertige zijns karakters niet weg, dat hij in zijne werken zoo oorspronkelijk en juist heeft weêrgegeven.
De gereserveerde Tuin. (Parijsche Tentoonstelling.)
