Pagina:De Tijd 1885 no 11590.pdf/2

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

één maand vestingstraf en tot ontslag uit den dienst!

De spaansche Regeering gaat voort met het kalmeeren der opgewonden gemoederen, zich overtuigd houdende dat de zoogenaamd spontane volksbeweging eigenlijk door de republikeinen uitgelokt, aangewakkerd en geëxploiteerd is. Om niet alle populariteit te verliezen en zelfs de Kroon in gevaar te brengen, was de Regeering genoodzaakt aanvankelijk haar eigen bladen tegen Duitschland te laten lostrekken; maar thans legt zij allen nadruk op het verwachte scheidsgerecht, terwijl bovendien de markies De Aguila Real y de Girona te Berlijn een beroep moet doen op keizer Wilhelm, opdat deze zich de netelige positie van don Alfonso aantrekke en Bismarck bewege tot prijsgeven van de Carolinen, — wat zeker niet gemakkelijk gelukken zal! — Daar zijn er, die beweren, dat don Alfonso en Canovas lang vooruit wisten, wat Duitschland voornemens was, maar niet vermochten het te verhinderen.

Luidens berichten, te Lissabon uit Rio de Janeiro ontvangen en aan de Ind. belge geseind, heeft het nieuwe conservatieve ministerie in Brazilië, gepresideerd door baron Cotegipe, reeds een crisis te doorstaan. Daar het niet homogeen is, kan het niet regeeren. Het heeft nog niet zijn ontslag ingediend, maar dit wordt elk oogenblik verwacht. Naar men zegt, zou het worden vervangen door een ander conservatief ministerie, waarvan de voornaamste leden zouden zijn de heeren João Paulino Soares de Souza en Joào Alfredo Escranolle-Taunay. Evenwel wordt het ook mogelijk geacht, dat de Keizer tot een liberaal kabinet terugkeert, waarvan de heer Dantas, de voorganger van den laatsten minister-president Saraïva, het hoofd zou zijn.

Volgens den Depere Standaard zullen Dakota en Montana weldra als Staten in de amerikaansche Unie worden opgenomen. Zoodra het Congres in December weder vergaderd is, zal het zich hebben bezig te houden met daartoe strekkende wetsontwerpen. Dakota, dat nu een tweemaal grootere bevolking en tweemaal meer hulpbronnen heeft dan elk der andere westelijke Staten, toen zij in de Unie werden opgenomen, heeft reeds éénmaal tevergeefs ernstig verlangd, te worden toegelaten. Thans is men echter in invloedrijke democratische kringen van meening, dat het niet verstandig zou zijn, het langer te weren. Om echter het tegenwoordige politieke evenwicht van den Senaat der Vereenigde Staten te behouden, nadat de twee (republikeinsche) senatoren zitting hebben genomen, die door Dakota zullen worden gezonden, is men voornemens tevens Montana als Staat in te lijven, dat, de democratische zaak toegedaan, de democratische zijde van het Huis dus evenzeer met twee leden zou versterken. De vooruitgang van beide gewesten is buitengewoon geweest. De geschatte waarde van eigendommen in Dakota bedraagt dit jaar meer dan 100 millioen dollar, terwijl de wezenlijke waarde minstens 400 millioen dollar bedraagt en de bevolking meer dan ½ millioen zielen telt. De tegenwoordige bevolking van Montana wordt op 115,000 zielen gerekend, welk cijfer dat der bevolking van Nebraska, Nevada, Jowa, Kansas, Oregon en Californië overtreft, toen deze als Staten werden toegelaten.



IN DE KAPEL DER INVALIDEN.

De lijkplechtigheden in de kapel der Invaliden te Parijs voor admiraal Courbet — na aankomst van het stoffelijk overschot was het daarheen gebracht — hadden van gisteren-morgen 9 uur af een ontzaglijke menigte op de Esplanade getrokken. Te 10 uren arriveerden de troepen, aangevoerd door generaal Bonnet. Alle kransen en bloemen, door de vrienden en bewonderaars van den admiraal geschonken, werden onder het portaal van het eere-plein neergelegd. Het plein bood een indrukwekkend schouwspel aan. Een compagnie landingstroepen stond langs de zijden geposteerd, en de muziek der republikeinsche garde voerde patriottische marschen uit. Toen de menigte de oude wapenmakers van Courbet een bloemenschip zag aandragen, de Bayard voorstellende, aan boord waarvan hij stierf en naar het vaderland werd overgebracht, waren velen zichtbaar getroffen.
De vertegenwoordigers der verschillende officieele lichamen kwamen te 11.30 aan. Onder de aanwezige hoofdofficieren werd maarschalk Mac Mahon opgemerkt. Kort daarna verschenen ook de ministers, zoomede de heer Floquet, generaal Pittié, als vertegenwoordiger van Grévy, en de generale staf van de Bayard. Allen namen plaats in het koor der kapel, waar het H. Misoffer werd opgedragen door den eerw. heer de Gréteau. Eerst te 12½ uur geschiedde de overbrenging van de kist in de lijkkoets. De admiraals Roussin, Ribourt en Amet en de generaals Virgile, Bossaut en Salansson fungeerden als slippedragers.
Te 1 uur zette de stoet zich in beweging, voorafgegaan door de muziek der republikeinsche garde, die de treurmarsch van Chopin speelde.
De uniform van Courbet was over de kist uitgespreid, en de ceremoniemeesters droegen den degen van den admiraal.
De koets naderde tot voor het groote hek der Invaliden, tegenover de Esplanade. Terstond daarna defileerde het leger van Parijs voor het stoffelijk overschot. Te 1½ uur was de droeve plechtigheid voltrokken.
Maandag-ochtend te 10 uur zal het lijk naar Abbeville worden overgebracht, om daar den volgenden dag in den schoot der aarde te worden neergelaten.



VERSCHEIDENHEDEN.

Gabriel Jogand-Pagès (Leo Taxil), de tot inkeer gekomen bekende fransche pamphlettist, is het voorwerp van een laffen aanval geweest van de zijde van een zijner vroegere „vrienden”, Georges Moynet. Even nadat hij zijn woning had verlaten, voelde hij zich eensklaps van achteren zijn opgerolde parapluie ontrukken, en tegelijkertijd kreeg hij een slag met den knop van een wandelstok op het hoofd. Hoewel ontwapend en door eenige voorwerpen, die hij droeg, belemmerd, verdedigde Taxil — naar hij verhaalt in een bij deurwaardersexploit aan de Lanterne gezonden artikel — zich zoo goed en kwaad als hij kon, zóó zelfs, dat hij de Lanterne raadt, Moynet te verzoeken zich op haar bureau te vertoonen, opdat het blad kunne constateeren, dat de aanvaller er niet al te best is afgekomen.



Den 13n dezer zeilden de visschersbooten uit het stadje Aalesund in Noorwegen, met een frissche bries uit het N. O., uit om te visschen. Op 8 à 10 mijlen van land gekomen, begonnen eenige booten reeds aanstalten tot het visschen te maken, toen een storm uit het N.N.W. met onstuimige zee losbrak. Zeven booten met een bemanning van 37 personen werden een prooi der golven. Slechts 2 mannen werden gered: de een, na 18 uren op de kiel zijner omgeslagen boot te hebben gezeten, werd door een stoomboot opgenomen; de andere bracht 3 etmalen in zijn met water gevulde boot door, totdat hij eindelijk over de klippen en door de branding heen op een eilandje aankwam. Al de booten zijn later, al of niet beschadigd, aan land gespoeld. Niet minder dan 29 weduwen en 113 kinderen betreuren echtgenoot en vader.



Dr Profeit heeft namens het dienstpersoneel en de pachters van koningin Victoria te Balmoral, waarvan velen hem vergezelden, prinses Beatrix een phaeton met pony en een compleet tuig als huwelijkscadeau aangeboden.



Abelardo Tigernia, een gevaarlijke mexicaansche bandiet, beticht van verscheiden moorden te hebben gepleegd langs beide oevers der Rio Grande, is aangehouden en in de gevangenis te Edinburg, Texas, opgesloten.



Op de canarische eilanden moet dezer dagen een aardbeving hebben gewoed. Hoe groot de aangerichte schade is, wordt nog niet bericht.



BINNENLAND.



Amsterdam, 29 Augustus.

Het eerste maandnummer van den nieuwen jaargang der Katholieke Illustratie onderscheidt zich, behalve door tal van schoone gravuren, o. a. de beeltenis van Mgr C. J. M. Bottemanne, en door de hulde in beeld en poëzie aan Prinses Wilhelmina, nog door een fraai portret van den talentvollen beeldhouwer Johan Theod. Stracké. Wij kunnen het niet anders dan toejuichen, dat naast de afbeeldingen van gebeurtenissen en personen, die op godsdienstig of staatkundig gebied bijzondere belangstelling verdienen, ook aan de vertegenwoordigers der vaderlandsche kunst een waardige plaats in ons eerste geïllustreerd tijdschrift worde ingeruimd. En vooral verheugen wij ons, waar het gold de verdiensten te huldigen van een zoo uitnemend kunstenaar als de »nestor der thans levende nederlandsche beeldhouwkunstenaren”, een keurige en vaardige pen te vinden, die niet enkel den persoon te beschrijven, maar tevens het werk van den kunstenaar op waardige wijze te vertolken wist.
Aan het feestnummer, meer bijzonder aan Prinses Wilhelmina gewijd, ontleenen wij de diepgevoelde dichtregelen, in welke de kuilenburgsche leeraar, de zeereerw. pater B. Van Meurs, zich tot tolk maakte van het »Grootje”, wier beeltenis mede het feestnummer versiert.

Willemientje,
Aorig kiendje,
Waor ik zooveul goeds van heur,
Dukkels, ’k gleuf wel duuzend keeren,
Was ’k neisgierig, vol begeeren
Oe te zien ien kleur en fleur.

Heug van jaoren,
Gêft ’et vaoren
Met de spoor gen pas veur mien,
Anders hâ’k al lang ’en reiske
Naor den Haog gedaon, lief meiske,
Enkel um oe maor te zien.

De Illestraosie
Per okkaosie
Hêt dien wunsch van mien geheurd,
Daorum stuurt ze aon ’t stokoud grootje
Oew portretje veur kadootje,
Fien geteikend, mooi gekleurd.

’t Erste schouwen
Deê me schrouwen —
’k Zal oe zeggen, kiend, waorum:
Kroonprins Willem hê’k veurdezen
Ook geschouwd ien ’t kienderwezen....
Sprekend liekent gij op hum!

’t Eigenst vleugske
Ien ’et eugske,
’t Eigenst lachsken um den mond:
’t Eigenst rank en slank postuurke.
Recht en vaststaond as ’en muurke,
’t Eigenst kupke rond en blond.

Wat we al dachten
En verwachtten
Van dâ, jungske, zoo geliefd!
Hij, acherm! is ons ontvallen....
Gij bint nou geliefd van allen,
Bluumke dâ nog overblieft!

Kroonprinsesje,
’k Ben gen besje
Die oe waorzegt uut de kaort;
Maor dâ durf ik profetieren:
Ens zulde over ons regieren
As ’en Keunigin, ons waord!

God zal ’t geven!
’t Nog beleven
Zal ik, stakker, nie.... och neê!
Maor daorboven zâ’k ’et heuren,
En dan — as dâ mag gebeuren —
Roep ik mee: Hoezee, hoezee!



Een geheel eigenaardige feestgave heeft de zeereerw. heer Chr. Philippona, deken en pastoor te Schagen, ter gelegenheid van zijn zilveren priesterfeest, zijn parochianen en zijn talrijken vrienden aangeboden. Wij bedoelen de keurige bladzijden — keurig van inhoud en vorm — door den jubilaris gewijd aan eenige Bijzonderheden uit de Geschiedenis der parochie van den H. Christophorus te Schagen, die, versierd met een uitmuntend portret van den auteur — een meesterlijke ets van den talentvollen Arendzen — onlangs de pers van het St Jacobs-Godshuis te Haarlem verlieten. Naar de zeereerw. deken in een kort woord vooraf mededeelt, bestaat bij hem het voornemen een meer uitvoerige studie over de geschiedenis van den H. Christophorus te Schagen te plaatsen in de bekende Bijdragen voor de Geschiedenis van het Bisdom van Haarlem. Den beoefenaars der vaderlandsche kerkgeschiedenis wordt daardoor ongetwijfeld een belangrijke dienst bewezen.



Aan het Zouavenfeest, dat morgen te Antwerpen zal worden gevierd, ter herinnering aan de oprichting van het Zouaven-regiment in 1860, zullen, zooals wij reeds gisteren mededeelden, ook veel Nederlanders deelnemen. Te 10 uren komen de feestvierenden bijeen in den Katholieken Kring, op de Meirplaats, vanwaar men te 10½ uren naar de hoofdkerk vertrekt ter bijwoning van een plechtige H. Mis, opgedragen door Mgr. P. J. F, Sacré, pastoor-deken van O. L. V. Prot. Apost. ad instar part. en aalmoezenier der zouaven[.] Te 1 ure begint het feestmaal in het gebouw van den Katholieken Kring.
Ook de Zouavenbroederschap Fideï et Virtuti van Amsterdam zal er vertegenwoordigd zijn. Namens de leden dezer Broederschap zal het volgende schrijven van adhaesie worden medegedeeld:

Aan het comité voor de viering van den 25jarigen gedenkdag der oprichting van het regiment „Pauselijke Zouaven”, Antwerpen.

Waarde wapenmakkers!

Wij hadden het genoegen, uwe vriendelijke uitnoodiging te ontvangen voor de internationale feestviering bij gelegenheid van den 25jarigen gedenkdag der oprichting van het regiment „Pauselijke Zouaven”.
Wij betreuren het ten zeerste, geen gelegenheid te hebben, daarbij tegenwoordig te zijn, aangezien daartegen te veel bezwaren bij ons bestaan. Daarom nemen wij de vrijheid u, bij deze, onze algeheele instemming te betuigen met dit feest, en verzoeken u, de verzekering aan te nemen, dat wij van ganscher harte met u vereenigd zijn en ons zullen beijveren, op het uur der solemneele Mis met u één te zijn in het gebed: voor onze broeders, voor de vriendschap onder onze wapenmakkers, die den moed hadden het zwaard aan te gorden, voor de rechten van den Paus-Koning en de rechten der Kerk, voor onzen Heiligen Vader, voor de zaak, die wij verdedigd hebben en ook zullen blijven verdedigen tot het einde van ons leven, zij het dan alleen door het gebed.
Ja, waarde broeders, wij zijn en blijven vereenigd; en zou het ons ook al niet gegund zijn, andermaal de wapenen aan te grijpen, om onzen H. Vader te bevrijden uit de handen van de vijanden der Kerk, wij zullen ons beijveren onze kinderen op te voed en inhetzelfde geloof en hun in te prenten, dat de zaak des Pausen is de zaak van God, waarvoor zij hebben te leven en, moet het zijn, te sterven.
In elk geval, waarde broeders, wij wanhopen nooit; eindelijk zullen onze gebeden verhoord worden. Onze vaandels zijn nog daar, en wel getooid met de beeltenis van het H. Hart van onzen Zaligmaker; dat hart, hetwelk de menschen zoozeer bemint, dat zooveel vertroosting en zooveel overwinningen schenkt, dat ook onze vertroosting zal uitmaken en eenmaal de overwinning schenken aan de zaak der pauselijke Zouaven.
Wij voegen hierbij, waarde broeders, onze beste wenschen voor uw feest en groeten u hartelijk en vriendschappelijk.
Leve het Heilig Hart van Jesus!
Leve Leo XIII, Paus-Koning!
Leve het regiment Pauselijke Zouaven!

pr. Zouaven-Broederschap
Fidei et Virtuti”,
in aller naam,
F. J. A. Vos, President.
H. F. B. Dissen, Secretaris.


Een brief uit Atjeh aan het Hbld. van 15 Juli begint aldus:
Aanvallen op patrouilles en schildwachten, moorden op Chineezen, het beschieten der treinen tusschen de verschillende posten zijn nog altijd aan de orde van den dag. Eergisteren moest het wachtschip Bromo van de reede onze »vrienden” op granaten onthalen. De »vrienden” wonen niet veel verder van Oleh-leh — gescheiden door de lagune — dan de breedte van den Dam te Amsterdam. In den tijd van 24 uren zijn ongeveer 115 granaten verschoten, Ge zult begrijpen hoe gerust men te Oleh-leh slaapt.
Dat heet »vredestoestand”.



In de treinen tusschen Vlissingen (haven) en Venlo, welke in beide richtingen op de booten der Maatschappij Zeeland correspondeeren, zal van 1 Sept. e. k. af een restauratierijtuig zijn geplaatst, tot welk rijtuig reizigers, voorzien van plaatsbewijzen 1e klasse, recht van toegang hebben, zonder verplicht te zijn daarvoor te suppleeren. Reizigers 2e klasse kunnen van het rijtuig gebruik maken tegen bijbetaling van ƒ 1.80. Degenen die in het restauratierijtuig plaats nemen, zijn verplicht eenige vertering te maken.

(U. D.)


De heer Manuel do Carino Rodriques de Maraes, landbouwkundig ingenieur te Ponto, is door het portugeesche Gouvernement belast met de opdracht om de tabakscultuur hier te lande te bestudeeren en daarover verslag aan zijn Regeering uit te brengen.



’s-Gravenhage, 28 Aug. Het adres van de vrouwen van Nederland aan de Tweede Kamer, in zake den blanke-slavinnen-handel, ligt alhier ter teekening.
In verband met deze zaak zullen samenkomsten gehouden worden, alleen toegankelijk voor vrouwen, op Dinsdag 1 en Donderdag 3 September.

Rotterdam, 28 Aug. Gisteren heeft de eerste zitting plaats gehad van de XVIe vergadering der Nederlandsche Juristen-Vereeniging. Voorzitter is mr. G. De Vries; secretaris mr. A. P. T. Esysell; onder-voorzitters zijn mr. A. A. De Pinto en mr B. P. Van Verschuer; onder-secretarissen mr. Rombach en mr. Stuart.
Het behandelde vraagpunt luidde:
„Is aanvulling wenschelijk van de wettelijke bepalingen omtrent den voorrang tusschen schuldeischers, ten einde mogelijk te maken het toekennen van voorrang:
a. aan toekomstige schuldeischers en aan houders van papier aan toonder?
b. op toekomstige activiteiten?”
Daarover was praeadvies uitgebracht door de heeren prof. T. M. C. Asser en mr[.] Hingst en voerden het woord de heeren Levy, Aug. Philips, Van Nierop, mr. A. Heemskerk, Th. Goudsmit, De Pinto en de voorzitter.
De verschillende vragen, waarin de quaestie gesplist werd, werden allen met groote meerderheid van de 52 tegenwoordige leden bevestigend beantwoord.
— De inspecteurs en onder-inspecteurs van politie alhier hebben zich, met het oog op de vele en vermoeiende diensten, die van hen gevorderd worden, tot den Gemeenteraad gewend om een verhooging hunner jaarwedde.

Pernis, 28 Aug. Twee jaar geleden werd hier vanwege het Rijk de dam van het havenhoofd 40 meter vooruit in de rivier gebracht; dit werk was noodig, omdat boven het hoofd een dam gelegd was in verband met de werken van den Nieuwen Rotterdamschen Waterweg, en er dus vrees voor verzanding der haven bestond. Nauwelijks afgewerkt, begonnen het hoofd en de dam reeds te zakken, en hield dit tot ruim een halven meter aan; telkens vloeide de dam onder en werd dus onbegaanbaar. Thans wordt deze zoowel aan de kanten als bovenop geheel met bazaltsteen belegd, en men vertrouwt dat deze verbetering wel afdoende zal zijn.

Vlissingen, 28 Aug. De heeren Arie Smit, president der Kon. Maatschappij De Schelde en Jos. Van Raalte, directeur dier Maatschappij, hebben zich naar Bremen begeven, ten einde met den Bremer Lloyd een contract voor het aanloopen van de duitsche stoombooten op Australië en Azië te sluiten.

Herwijnen, 28 Aug. De schepen Suum Quique en Maria Elisabeth, op de Waal nabij Woudrichem en Zuilichem gezonken, zijn deze week met goed gevolg gelicht.

Deventer, 28 Aug. Naar wij vernemen, zal weldra worden aangevangen met het metselwerk voor den onderbouw van de spoorbrug. Bij het leggen van den eersten steen zullen geen feestelijkheden plaats hebben.

Zwolle, 28 Aug. In een dezen avond op verzoek van het bestuur der Algemeene Zwolsche Werklieden-Vereeniging, ter zake van de sedert eenigen tijd heerschende werkeloosheid gehouden vergadering, die door een twintigtal patroons van het metselaars-, ververs en timmermansvak werd bijgewoond, hebben deze zich vereenigd om, evenals onlangs te Tiel geschiedde, aan de gegoede ingezetenen circulaires te richten met verzoek om, als zij werkzaamheden hebben te doen, daartoe nog vóór den winter gelegenheid te geven, vooral omdat een aantal werklieden in dezen zomer niet zooveel verdienden als gewoonlijk in dat jaargetijde het geval is.



KERKNIEUWS.

De geestelijkheid van het diocees van Roermond aan de voeten van O. L. Vr. in ’t Zand.

Een roerend schouwspel, treffender nog dan de vele, die daar reeds gezien zijn in de laatste dagen, bood Donderdag jl. de kapel in ’t Zand. Daar zag men een groot deel der geestelijkheid van Roermonds diocees zich opnieuw aan Maria toewijden. Zij namelijk, in geestelijke afzondering vergaderd in het seminarie, had besloten, op den dag der Mariapreek een bedevaart naar de Genadekapel te doen. Des namiddags te 5 uur trokken de honderd geestelijken, aan wier hoofd zich bevond Z. D. Hoogw. Mgr[.] J. A. Paredis, twee aan twee , luid den Rozenkrans biddende, het seminarie uit door Roermonds wijken en straten. De kapel, welke uitsluitend voor hen gereserveerd was, binnengekomen, begon het Lof, opgedragen door Z. D. Hoogw., geassisteerd door Maastrichts deken, Mgr Rutten. De eerw. pater Bos hield de Mariapreek en deed daarna uit naam van allen de opdracht voor het Wonderbeeld, dat te midden van licht en bloemen op den zilveren troon was geplaatst. Allertreffendst vooral was daarna het machtige schoone Magnificat, dat om het andere vers door allen in Gregoriaansch en door een uit hun midden uitgelezen koor vierstemmig gezongen werd. Waarlijk, het roerde de ziel van ieder die dit mocht hooren. Dan volgde het Iste Confessor ter eere van den H. Augustinus, den patroon van den negentigjarigen bisschop, wiens eerste Vesper was aangebroken. Na den zegen met het Allerheiligste ontvangen en een lied ter eere van Maria gezongen te hebben, trok men, weder luid biddende gelijk men gekomen was, naar het seminarie terug, aan heel het volk een krachtiger indruk dan ooit van godsvrucht tot O. L. Vrouwe achterlatend.
Eenige oogenblikken vóórdat deze bedevaart plaats had, had nog een ander schouwspel plaats in het bisschoppelijk paleis. Z. D. Hoogw. werd nl. bij gelegenheid van zijn patroonsdag, tevens zijn negentigste verjaardag, zijn levensgroot portret, allerschoonst uitgevoerd door den beroemden portretschilder Henri Windhausen Jr, aangeboden. Dit vereerend bewijs van Roermonds burgerij deed den eerbiedwaardigen bisschop tranen van aandoening storten.
Heden is Roermond geheel en al in vlaggentooi, om den grooten feestdag te vieren.



STADSNIEUWS.

Naar aanleiding van een voordracht van Burg. en Weth., tot het inrichten van een deel der Houthaven tot lig- en losplaats van groote schepen, hebben eenige belanghebbenden bij de exploitatie der Handelskade zich tot den Gemeenteraad gewend om hun bezwaren daartegen mede te deelen. Volgens adressanten zou het aan die nieuwe ligplaats uit te geven geld, zjjnde de som van ƒ 100,000, beter besteed kunnen worden, wanneer daarvoor een golfbreker gemaakt werd vóór de Handelskade, die daardoor eerst voorgoed bruikbaar zou kunnen worden. Beter is het h. i. dat de gemeente één goede dan twee gebrekkige losplaatsen voor groote schepen er op nahoude. Zij verzoeken derhalve, dat de voor het door B. en W. beoogde doel gedane proefnemingen worden gestaakt, en de Raad het Dag. Bestuur uitnoodige een voordracht in te dienen tot het aanleggen van den zoo onmisbaren golfbreker.



Het personeel der afdeeling Publieke Werken van de gemeente-secretarie alhier zal worden vermeerderd met een adjunct-ingenieur, op een jaarwedde van ƒ 2500 tot ƒ 4000. Deze ambtenaar, wien het vereischte hulppersoneel, zoo noodig, tijdelijk zal worden toegevoegd, zal zijn belast met het houden van toezicht over de werken tot aanleg, uitbreiding en instandhouding, voortvloeiende uit de concessie aan de Amst. Duin­wa­ter­maat­schap­pij; met de contrôle over de exploitatie; met het verstrekken van alle gegevens, noodig voor het beoordeelen der plannen, tarieven, verrekeningen en klachten, welke tot de vermelde concessie in verband staan.



Aan de groote parade, welke aanstaanden Maandag wordt gehouden, zal niet door de schutterij, maar wel door het 1e bataljon mariniers, zoomede door de Vereeniging De Militaire Willemsorde en het Kruis voor belangrijke krijgsbedrijven worden deelgenomen.



Eenige dagen geleden heeft in de woning Paardenstraat No. 10 een hevig tooneel plaats gehad. Een zekere D. W. meende dat zijn buurman J. K. niet vreemd was aan een veroordeeling tot betaling eener boete van ƒ 15, welke hij onlangs had ondergaan, waarom hij K. met geen vriendelijke oogen aanzag en hem steeds bedreigde. Bij een treffen tusschen de beide buren nu, bracht W. zijn buurman K. drie gevaarlijke sneden toe over het hoofd, zoodat de opneming van K. in een ziekenhuis noodig was. De toestand van den gewonde is zelfs nu nog bedenkelijk.
Tegen den woestaaard is proces-verbaal opgemaakt, en hij zal zijn gerechte straf niet ontgaan.



Sedert 19 dezer wordt uit de ouderlijke woning vermist Lena Schouten, 18 jaar oud, middelmatig lang, oogen blauw, een weinig pokdalig. Namens de ouders, die het waarschijnlijk achten dat zij de kermissen in Zuid-Holland bezoekt, wordt door den hoofdcommissaris de opsporing en overbrenging dier minderjarige verzocht.



ALLERLEI.

Iemand, die vroeger in handen der rotterdamsche politie was, maar ontsnapte, omdat het publiek zoo onverstandig was partij voor hem te kiezen, is thans opnieuw in handen van het gerecht. Da man is een oplichter en zal daarvoor terechtstaan. Hij is een oude bekende der justitie.



Dezer dagen werd te Rotterdam een man veroordeeld tot gevangenisstraf wegens misbruik van sterken dank. Eergisteren begaf hij zich naar de gevangenis aldaar, om zijn straf te ondergaan; maar de man was zoo beschonken, dat hij door een kameraad er heen geleid moest worden. Deze schijnt hem verlaten te hebben, toen hij aan het huis van arrest gekomen was. Na veel moeite en herhaalde buitelingen gelukte het den dronkaard op het trottoir te komen en eindelijk de bel te bereiken. Toen hij den portier met veel moeite had medegedeeld dat hij kwam om te „zitten”, beweerde de portier dat hij niet eens kon staan, en allerbest deed, als hij wat ging liggen, waarna de deur gesloten werd. Zich nu verwijderend, maakte de man zulk een buiteling, dat de omstanders meenden dat hij den hals had gebrroken. Gelukkig was dit niet het geval, en kwam er een politieagent, die hem naar het bureau bracht.

(Maasbode.)

Te Goes is een brievenbesteller uit zijn betrekking ontslagen, wijl hij zich veroorloofde, brieven, voor een bepaald persoon bestemd, achter te houden en van den inhoud kennis te nemen, ten einde zich geldelijke voordeelen te verzekeren door dreigement van openbaarmaking der correspondentie, door den beambte compromitteerend geacht voor den geadresseerde. Vóór de toepassing van den maatregel had de administratie zich van het veronderstelde wanbedrijf overtuigd.



In den nacht van Woensdag op Donderdag jl. is ten nadeele van den landbouwer Smets, te Cosberg (Wittem), een groote hoeveelheid linnengoed gestolen. De politie heeft een onderzoek ingesteld.



Als zeldzaamheid dient vermeld, dat op ’t oogenblik bij den heer J. graaf d’ Ansembourg, te Neuborg (Gulpen), twee aloèes uit ’t jaar 1785 in vollen bloei staan. De stengels hebben zich flink ontwikkeld en zijn ruim 3 meter lang.



Dat er in den tegenwoordigen tijd nog menschen gevonden worden, die zich met weinig kunnen behelpen, blijkt uit het volgende. Onder Rolde, nabij den straatweg naar Assen, heeft zich een gezin van 5 personen een zeer primitieve woning verschaft door die nl. in den grond te graven. ’t Is er eenigszins heuvelachtig en daarvan heeft men partij getrokken. De ingang, tevens tot toelating van licht dienende, is laag en wordt door een zak afgesloten. Het vertrek, een paar meter diep en breed, heeft geen stookplaats, maar geen nood, men is er in de ruimte: een kuil in de nabijheid voorziet in deze behoefte. De rookwolkjes, die daaruit opstegen, verklapten dan ook de verblijfplaats dezer nederige hutbewoners. Vermelding verdient, dat de vrouw en het kind, daarbij aangetroffen, er niet alleen blozend en gezond, maar tevens fatsoenlijk gekleed uitzagen.



Zekere M., van Sittard, rondventer van beroep, die zich eergisteren voor zaken te Beek bevond, van waar hij zich met den trein van half zes naar Sittard wilde begeven, zag den trein reeds aankomen, toen hij nog op een tamelijk grooten afstand van het station was. Om niet te laat te komen, zette hij het op een loopen, en hij kwam zóó uitgeput aan, dat hij in den waggon geholpen moest worden. Nauwelijks was hij binnen, of hij zakte ineen en was een lijk.

(N. v. d. D.)


Gisteren-ochtend omstreeks 6 uur had zekere B. v. R., oud 34 jaar, timmerman, het ongeluk, te vallen van de in aanbouw zijnde R. K. kerk te Delft. De geneesheer P. J. Van Munnekrede, er bij geroepen, kon alleen den dood constateeren.



Eergisteren kwam te Blokzijl een schip binnen met het bedroevend bericht, dat een der opvarenden bij het wenden vóór de haven over boord was geslagen. Alle pogingen om hem te redden, waren vergeefsch.



In het dorp Oostzaan moest dezer dagen een behoeftig marskramer een som van ƒ 38 voor boete en registratiekosten betalen, zonder echter in de mogelijkheid te zijn dat bedrag bijeen te brengen. Een deurwaarder uit Zaandam moest overkomen, om den man in de gijzeling te brengen. De ongelukkige werd door zijn vrouw en kinderen naar de stoomboot gebracht, en men stond reeds op het punt om naar Amsterdam te vertrekken, toen de deurwaarder, de heer v. D., op de vraag van eenige belangstellenden, het denkbeeld uitte om een collecte voor den zwaarbeproefden dorpsgenoot te houden. Dit voorstel werd goed opgenomen, en binnen weinig oogenblikken was de vereischte som meer dan bijeen, zoodat E. niet naar de gijzeling behoefde en zelfs nog iets overhield bovendien! Het merkwaardigste van het geval was zeker, dat de deurwaarder de eerste was, die een bijdrage gaf en daardoor de anderen tot navolging opwekte.

(N. v. d. D.)


Heden vertrekken van Rotterdam, aan boord van den Afrikaan, „koning” Massala van den Congo en de andere Afrikanen, die de antwerpsche Tentoonstelling als een actueele curiositeit hebben opgeluisterd. Met hetzelfde schip reist de nieuwbenoemde chief-justice van den staat Congo, de heer Janssen, met zijn secretaris, den heer Destrain, en den heer Cuvelier, naar zijn bestemming af. Laatstgenoemde heer zal in den nieuwen Staat het ambt van rechter waarnemen.



Eergisteren-avond omstreeks zes ure is op het Hollandsch Diep, onder de gemeente Dubbeldam, van het vaartuig De Vrouw Wilhelmina, bevaren door schipper D. Kuik, van Hardingsveld, de 37-jarige schippersknecht Andr. Ambachtsheer overboord geslagen en verdronken. De ongelukkige was eerst door het overslaan van het zeil tegen het dek geslagen en vervolgens overboord. Hij behoorde eveneens te Hardingsveld tehuis en was ongehuwd. Het lijk is nog niet gevonden.



Het 11-jarig dochtertje van den winkelier L. N., te Weert, is eergisteren uit een kerseboom gevallen, met het ongelukkig gevolg, dat het kort daarop gestorven is ten gevolge van inwendige kneuzingen.



Gisteren-avond ongeveer te 9¼ uur is onder de gemeente Delftshaven een 38-jarige vrouw door den stoomtram overreden, doordien zij van het balkon van een der wagens viel. Haar lijk is overgebracht naar het stedelijk drenkelingenhuis.



De minister van Justitie heeft aan den procureur-generaal bij ’t gerechtshof te ’s-Bosch een bedrag van ƒ 100 toegezonden, om uit te reiken aan den concierge bij ’t hypotheekkantoor te Maastricht, J. J. Legras, onder dankbetuiging voor zijn moedig gedrag op 9 April ll. bij de geweldplegingen van Timmermans ten huize der familie Van Oppen.



Het aanvallig zoontje van K. K., uit Oudendijk, is in de Beemster ringvaart verdronken. Het knaapje had den ouderdom van 5½ jaar bereikt.



De te Nijeveen in den grond gevonden kano is gisteren naar Assen verzonden, waar zij in het museum van oudheden zal worden geplaatst.



De vrouw van M. M., te Oud-Beierland, had gisteren-avond het ongeluk, de brandende petroleumlamp om te stooten, met het ongelukkig gevolg, dat het brandend vocht met haar kleeren in aanraking kwam. Hoog gingen de vlammen haar boven het hoofd, en ofschoon spoedig hulp werd verleend, kreeg zij zulke brandwonden, dat er weinig hoop bestaat haar in ’t leven te houden.



Te Westermeer bij Joure is een aanvallig knaapje van bijna 2½ jaar in een sloot bij de ouderlijke woning verdronken.



BESLUITEN EN BENOEMINGEN.

Bij kon. besluit is mr J. H. M. baron Mollerus van Westkerke, ’s Konings commissaris in de provincie Gelderland, benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw.

Bij kon. besluit zijn benoemd: met ingang van 1 Sept., tot burg. van Vlaardingerambacht J. G. Van Linden van den Heuvell, secr. dier gemeente; met ingang van 15 Sept., tot burg. van Clinge P. Vercauteren; en is, met ingang van 1 Sept., aan W. Pott Az., op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als burg. van Winschoten.

De minister van Justitie heeft bepaald dat aan ontslagen gevangenen, die binnen de vijf uur hun bestemmingsplaats kunnen bereiken, geen reisgeld meer zal worden verstrekt. Ingeval veergeld moet betaald worden, zullen zij daarvoor van het noodige worden voorzien.


LAND- EN ZEEMACHT.

De minister van Oorlog heeft bepaald dat voortaan bij militaire begrafenissen zooveel mogelijk geleiders en personeel zullen worden gekozen van de gezindte, waartoe de overledene behoorde.



ONDERWIJS.

Bij beschikking van den minister van Binnenlandsche Zaken is J. M. Janse, doctorandus in de plant- en dierkunde, voor het tijdvak van 15 September 1885 tot 31 December 1886, benoemd tot assistent voor de botanie aan de Rijks-Universiteit te Leiden.

Door den weleerw. heer J. M. Schleijer is aan den heer H. G. Van der Haar, hoofd der r.k. school te Kampen, het diploma uitgereikt als volapükatidel.

Utrecht, 28 Aug. Fransch. Geëx. 23. Toegelaten 12: Mej. M. Smit Sibinga, van Middelburg;