Naar inhoud springen

Pagina:De apocriefe boeken (1906).pdf/143

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

gelijk hij in Mozes tijden verscheen, en gelijk Salomo bad, dat hij de plaats wilde heiligen. 9 Want het wijsheid begaafd, heeft hij de wijsheid zeer verheerlijkt, en heeft [1]een offer gebracht tot reiniging en inwijding van den tempel. 10 Want, gelijk Mozes den Heer gebeden, en [2]het vuur van den hemel het offer verteerd had, alzoo bad Salomo, [3]en het vuur verteerde ook het brandoffer. 11 [4]Mozes zeide, dat het zondoffer door het vuur was verteerd, omdat men het niet gegeten had, 12 alzoo heeft [5]Salomo ook acht dagen geofferd. 13 Dat alles vindt men in de schriften, die in Nehemia's tijden geschreven zijn; en gelijk hij de boeken van de koningen, profeten, en David, en de brieven der koningen aangaande de offers weder te zamen gezocht en eene boekerij opgericht heeft, alzoo heeft Judas ook gedaan 14 en de boeken, die tijdens de oorloogen in het land verstrooid waren, weder te zamen gebracht; 15 en wij hebben ze hier. 16 Wilt gij ze nu lezen, zoo laat ze bij ons halen. Dewijl wij nu dat feest houden willen, hebben wij het u willen schrijven; want het betaamt u, dat hij het ook houdt. 17 Maar wij hopen op God, dat de Heer, die zijn volk helpt, en het erfdeel ons wedergeeft, namelijk het rijk en het priesterdom, 18 gelijk hij in [6]de wet beloofd heeft, zich weldra over ons ontfermen zal, en ons uit de wijde wereld aan de heilige plaats weder te zamen zal brengen; 19gelijk hij ons nu alreeds uit groot ongeluk verlost en deze plaats gereinigd heeft.

20 De historiën nu van Judas, den Makkabeër, en zijne broeders, en van de reiniging des hoogepriesters, en hoe men het altaar gewijd heeft, 21en van den oorlog tegen Antiochus Epifanes en zijnen zoon Eupator, 22 en van de teekenen van den hemel, die dengenen, die het Jodendom dapper beschermd hebben, geopenbaard zijn, dat zulk een kleine hoop van hen het geheele land geplunderd en eene groote menigte der heidenen op de vlucht geslagen en hen nagejaagd heeft; 23 en voorts van den tempel die in de geheele wereld beroemd is; hoe men hem herbouwd heeft, en de stad hare vrijheid weder verkregen heeft; dat de wetten, die men wilde opheffen, weder ingesteld zijn, daar de Heer hun toegenegen en genadig was: 24 dit, en andere dingen meer, welke Jason in vijf boeken verklaard heeft, denken wij alhier beknopt bijéén te brengen; 25 want wij zien hoe uitgebreid het werk is, zoodat het zwaar zal zijn de historiën, dewijl zij zoo uitvoerig zijn, goed te leeren kennen. 26 Daarom hebben wij er ons op toegelegd, dat men het gaarne lezen en lichter onthouden kan, en het voor iedereen nuttig zij. 27 En wij merken wel, dat het ons zwaar zal vallen, dat wij deze moeite op ons genomen hebben;28 want er behoort veel arbeid en groote naarstigheid toe; gelijk het ook niet zonder moeite toegaat, als iemand een maaltijd bereiden en zijne gasten goed onthalen wil. Nochtans willen wij dit niet tellen en deze moeite, om anderen daarmede te dienen, gaarne op ons nemen. 29 In het geschiedverhaal op zichzelf zullen wij niets veranderen, maar het laten blijven, gelijk het tevoren geschreven is, behalve dat wij het beknopter zullen samenvatten. 30 En gelijk een timmerman, als hij een nieuw huis bouwt, niet verder zorgt dan dat hij het zóó maakt, dat het hecht en sterk is; maar een ander laat zorgen hoe men het schi1deren en versieren zal: 31 alzóó zullen wij ook doen, en dengeen, die de historiën eerst geschreven heeft, laten zorgen hoe hij tot de kennis der zaken gekomen is, het opstel gemaakt en alle gedeelten met naarstigheid onderzocht heeft; 32 maar wij zullen niet meer doen dan den inhoud beknopt samenvatten, en zullen nu de geschiedenis beginnen, 33 en dit alzoo tot eene inleiding gezegd hebben, opdat de voorrede niet grooter worde dan de geheele geschiedenis.

  1. 1 Kon. 8:5, 63.
  2. Lev. 9:24.
  3. 2 Kron. 7:1.
  4. Lev. 10:16.
  5. 1 Kon. 8:65.
  6. Deut. 30:3.