Deze pagina is proefgelezen
AANMERKINGEN
OVER HET
BETAAMELYKE
EN HET
WANVOEGLYKE
VAN DE
SCHILDERKONST.
IK beſchouw die Schilders met een byzondere verontwaardiging, welke my onthaalen met Iskariotſche pligtpleegingen, om my, daar langs te weerhouden van niet te zeggen noch te ſchryven, dat ik meermaals een drieſte onweetenheid heb zien zitten pronken op hunne gepolyſte Tafereelen, uiterlijk geverniſt door blinde Waaijerſchilders koleuren,
doch