Pagina:Dioscorides1865Anno2065.djvu/67

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

61

Daar ik, de vingerwijzing van phantasia volgende, het eerst door het teleskoop zag, dat achter het schip uitkwam, deelde ik haar mede dat ik eene onmetelijke stad, die wel niet anders dan het door ons verlaten Londinia kon zijn, reeds achter ons zag liggen. De zich heinde en ver uitbreidende huizenmassa vertoonde zich helder en scherp afstekende op den graauwen achtergrond, en geen spoor van rook verhief zich daarboven, waaruit ik opmaakte, dat, waar nog steenkolen werden gestookt, men ook al den rook wederom door den vuurhaard voerde, en dat dus de in 1850 uitgevaardigde parlementsacte, die zulks voorschreef, getrouw werd nagekomen.

Nu beurtelings door dit, dan door dat teleskoop ziende, staarde ik met bewondering naar het tooneel onder en om ons, dat als het ware voorbijsnelde, terwijl het scheen dat wij stil lagen. Klommen wij, dan had het al den schijn alsof de aarde onder ons daalde. Al spoedig kregen wij de zee in het gezigt, en in de rigting vóór ons vertoonde zich aan de overzijde de Belgische en Fransche kust. Over het naauwste gedeelte van het kanaal scheen een zwarte draad gespannen te zijn, die beide oevers verbond. Naderbij komende begon ik te vermoeden, of het ook een kokerbrug kon zijn, een vermoeden dat door baco bevestigd werd, die er bijvoegde, dat zich reeds eene maat-