Pagina:Dioscorides1865Anno2065.djvu/83

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

77

om van die uitmuntende gelegenheid, om de hemelverschijnselen gade te slaan, partij te trekken. Eerst in het begin der eeuw, waarin wij thans leven, is op gezamenlijke kosten van alle beschaafde volken,—en daaronder van de Persen zelve, die volstrekt niet meer behoeven onder te doen in beschaving voor ons, bewoners van Europa,—deze sterrenwacht gesticht, die den naam draagt van: Centraal Observatorium. Ik behoef er wel niet bij te voegen, dat die inrigting rijk voorzien is van de uitstekendste werktuigen, en dat daaraan een genoegzaam getal van personen verbonden is tot het doen van allerlei waarnemingen.""

»Dus is dan de sterrekunde weder naar haar oude bakermat, naar het vaderland der Chaldeërs, teruggekeerd, merkte ik aan. Maar wat is er dan geworden van de overige zoo hoog geroemde Europeesche observatoria, dat te Greenwich, te Leiden, dat van de Pulkowa enz.?"

»»Deze zijn veranderd in calculatoria, dat zij vroeger toch ook reeds voor een groot deel waren. Onder hen worden de aan het centraal observatorium verrigte waarnemingen verdeeld, en deze worden dan daar berekend. Ook strekken zij nog tot praktische opleiding van jeugdige astronomen, die, juist omdat zij daar met vele moeijelijkheden te kampen hebben en de waarheid der spreuk leeren kennen: per ardua ad astera, tot volhar-