Pagina:Euratom Treaty (Treaty of Rome) Dutch copy.pdf/161

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Hoogleraren die onderdaan zijn van een Lid-Staat waarvan de wetgeving hun het recht toekent te pleiten, genieten voor het Hof de rechten welke in dit artikel aan de advocaten zijn toegekend.


ARTIKEL 18

De procedure voor het Hof bestaat uit twee gedeelten: de schriftelijke en de mondelinge behandeling.

De schriftelijke behandeling omvat het toezenden aan partijen en aan de instellingen van de Gemeenschap wier beslissingen in het geding zijn, van de verzoekschriften, memoriën, verweerschriften en andere opmerkingen en, eventueel, van de verdere conclusiën, alsmede van alle stukken en documenten welke ter ondersteuning in het geding worden gebracht of van hun voor eensluidend gewaarmerkte afschriften.

De toezending geschiedt door tussenkomst van de griffier in de volgorde en binnen de termijnen als bepaald in het reglement voor de procesvoering.

De mondelinge behandeling omvat de voorlezing van het rapport van de rechter-rapporteur, alsmede het horen door het Hof van de gemachtigden, raadslieden en advocaten, en van de advocaat-generaal in zijn conclusie, benevens, zo nodig, het horen van getuigen en deskundigen.


ARTIKEL 19

Een zaak wordt bij het Hof aanhangig gemaakt door middel van een verzoekschrift, dat aan de griffier wordt toegezonden. Het verzoekschrift moet inhouden de naam en woonplaats van de verzoeker en de hoedanigheid van de ondertekenaar, de aanduiding van de partij tegen wie het verzoekschrift is gericht, het onderwerp van het geschil, de conclusiën en een summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen.

Aan het verzoekschrift wordt, indien het strekt tot vernietiging van een handeling, de desbetreffende akte toegevoegd of, in het geval bedoeld in artikel 148 van het Verdrag, een bewijsstuk van de datum der in dat artikel bedoelde uitnodiging. Indien deze stukken niet bij het verzoekschrift zijn gevoegd nodigt de griffier de betrokkene uit deze alsnog binnen een redelijke termijn over te leggen; verval van het recht tot beroep kan niet worden tegengeworpen, indien het verzuim eerst is hersteld na het verstrijken van de termijn van beroep.


ARTIKEL 20

In gevallen als bedoeld in artikel 18 van het Verdrag wordt beroep bij het Hof ingesteld door middel van een verzoekschrift, dat aan de griffier wordt toe-

— 664 —