Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/20

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

het pamflet—tot zich. Den juisten datum van het huwelijk heb ik niet kunnen vinden; deze moet vallen in het begin van 1756. Immers den 8sten Mei van dat jaar is het speelkontrakt onderteekend: Johannes Bouhon en vrouw. Omstreeks dezen tijd begint zich een karaktertrek onzer heldin te ontwikkelen, die zich dikwijls zou doen gelden. Van natuur was zij stijfhoofdig en onbedwingbaar, vaak ruw en weerbarstig. Natuurlijk dat deze eigenaardigheden in botsing moesten komen met de wijze waarop de Regenten gewoon waren hunne ondergeschikten te behandelen.

Verscheidene kleine voorvallen wekten de ontevredenheid der bestuurderen op. Meer dan ééns b.v. weigerde Cornelia een opengevallen rol op zich te nemen. Hare onwilligheid verbitterde de machthebbenden en men besloot de echtelieden Bouhon geen deel te geven in de voordeelen der benefiet-voorstellingen, die, als naar gewoonte, na afloop van het speelseizoen gegeven werden. Reeds vroeger—deze bepaling betrof de extra-vertooningen in 1758—had een andere gebeurtenis bijna Cornelia's ontslag tengevolge gehad.

Uit naijver op een harer medeactrices, jufvrouw Fokke, had zij zich eens versierd met een kleedje dezer laatste, ten einde haar, als zij het benoodigde stuk miste, bij het "uitkomen" op te houden en in verlegenheid te brengen. Terecht over deze verraderlijke handelwijze gebelgd nam de ander de zaak hoog op en er ontstond eene geweldige twist. De regenten trokken partij voor jufvrouw Fokke en niet dan met moeite lieten zij zich overhalen, o.a. door de bemoeiingen van Punt en het "excus vraagen" der schuldige, het reeds gegeven ontslag in te trekken. Niet zoo gemakkelijk lieten de commissarissen zich tevreden stellen toen jufvrouw Bouhon, wel verre van zich neder te leggen bij het besluit omtrent de benefieten, hun in heftige bewoordingen hare ontevredenheid daarover te kennen gaf—zoodat op de Vergadering van 2 Mei 1758, éénparig besloten werd, de echtelieden niet weder aan te nemen.

Zij bleven echter niet zeer lang van de planken ver-

16