Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/378

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

dat zij zich enkel met sociale en politieke zaken bemoeit. Welnu, in deze leemte, meer en meer als een schade gevoeld, moet worden voorzien. En welke beweging zou beter deze taak kunnen vervullen dan de aanhangers van de religieuze richting, die, zonder op te houden sociaal-demokraten te zijn, van het bevredigen der niet-stoffelijke behoeften hun specialiteit maken? Op deze wijze, meent men blijkbaar, zou een tegelijk billijke en nuttige arbeidsverdeeling tot stand kunnen komen: waarbij het wel onmisbare en achtenswaardige maar toch eigenlijk lagere werk van de politieke aktie en van de partij-propaganda aan de anderen werd overgelaten, en een religieuze groep zich zou belasten met de zorg voor het geestelijk heil van de tot dusver uit dat oogpunt tamelijk verwaarloosde socialistische massa. Hoogstens erkennen de woordvoerders van deze groep dat vroeger die trouwens veel kleinere menigte in haar strijd voor een maatschappij van hoogere orde de geestdrift vinden kon, die niet alleen den strijd-zelf vermocht te adelen, maar ook het zedelijk peil van de strijders deed stijgen. Maar de bronnen van dit Marxisme—verzekerde p.g. Banning—zijn, althans in Sneek en omstreken, verdroogd: een bewering welke in het kongres geen tegenspraak ondervond en dus als de uitkomst van een meer algemeene waarneming mag worden aangemerkt.

Deze verklaring: dat in de S.D.A.P. het Marxisme door het godsgeloof moet worden vervangen, verdient de aandacht. Zij is niet anders op te vatten dan als een oorlogsverklaring. Met haar bereikte de bespreking van het kongres een toppunt, dat naar onzen smaak tevens het toppunt is van theologische aanmatiging.

Vroeger, zeiden we, werd door de vertegenwoordigers van de religieuze minderheid in onze partij anders gesproken. Zij namen, ja, ook wel een aanvallende houding aan, maar in den regel zochten zij hun tegenstanders niet in maar buiten de partij. Hoewel ook nu en dan een door de woordvoerders verkeerd of ergerlijk geachte uitdrukking in het predikanten-orgaan berispt werd—en onze eigen verzameling van wetenswaardigheden bevat enkele

374