Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/51

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

waarin de Kamer vertrouwen stelde? Welke trouw en gehechtheid zou bestand zijn tegen eenig teeken van een macht die anders wilde dan de meerderheid? Men regeert of men regeert niet. De Regentes nu, regeert niet. Al de verklaringen van koningsgezindheid doen deze waarheid geenszins te niet en hebben ook niet de strekking dat te doen. Het is ijdele praat, en wanneer de Regentes een vrouw van doorzicht is, moet zij afkeerig worden van een hulde die geen van de personen die haar brengen in woorden, bereid zou zijn gestand te doen met daden. Al wat zij er uit besluiten kan is dit, dat, zoolang de klasse die haar omgeeft de macht heeft, zij in het veilig bezit zal blijven van de penningen en van het koninklijk vertoon. Hiervan kan men overtuigd zijn dat geen mensch er aan denkt zelfs maar rekening te houden met de mogelijkheid, dat van de Regentes de geringste eigen invloed op de openbare zaak zou uitgaan. Geen enkele staatkundige partij is genegen daarop te letten, geen enkel programma is met eenig voorbehoud te dien aanzien opgemaakt, geen enkele kamermeerderheid zou van haar voorgenomen gedragslijn ter wille daarvan een streep willen afwijken. En dit alles neemt niet weg dat juist de liberale partij, die gemaakt heeft dat in de werkelijkheid het koninklijk gezag niet meer bestaat, telkens te kennen geeft dat zij op het behoud van het koningschap ten zeerste is gesteld; een poovere en leugenachtige klasse-politiek waarvan niemand de dupe is. Het koningschap heeft zij-zelve aan den kant gedaan, nu vlucht zij om een schuilplaats in de bouwvallen. Zoo wenden wij ons niet tot de bouwvallen maar tot de menschen die er meenen veilig te zijn.

Doch deze reden van ons verzet, de politieke reden zou men kunnen zeggen, is de voornaamste niet, op die diepere heb ik in deze bladzijden den vollen nadruk gelegd.

 

V

 

De Grondwet schrijft voor, bij Artikel 114, dat wanneer de Tweede Kamer beslist tot het niet aannemen van

47