Pagina:Grondige Onderrichtinge in de optica, ofte perspective konste (1647).djvu/9

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen
 

VOOR-REDEN.

N dit tegenwoordigh werck, Beminde Lefer, hebbe ick defe TerfpeElïve Ronflen in't kort, ende foo duydelick voorgeftelt y als my doenlijck is geweeft ; foo dat ick niet en twijffele,oftdenOnderfoeckeren fal de felve uyt deBe-fchrij vinge, ende de Figuren daer by , feer wel konnen be-grijpen: want de Befchrijvinge met de aenwijfendc letteren daerinnegheftelt, ende op de Figuuren wijlende , is, of het met der handt werde gewefen. Derhal ven en hoeft men niet fchromigh te we-fen, om den Konft-lievenden luft dervermaeckelijcker (Perfpeftive in het werck te ftellen: want de felve is noodigh ,dienftlijck, ende profijtelijk voor alle Perfoonen , 't zy van wat ftaet ofte conditie die zijn , alfoo de felve Konfte feer verftandelick leert oordeelen, van alles wat men bynaer met der ooghe fiet, ende voor al feer noodigh, die haer in de Teecken- konfee oeffenen: defe konnen lichtelick ghetuygen , hoe nootfaeckelick de konfte der ^erfpeftive is ^ fonder wekker kenniffe de Teecken-konfte gantfeh onvaft ende onfeecker is: daerom dient defe (als een fondament der fel ver) eerft gheweten. Mijn meeninghe en is niet den Lief-hebber met veel fubtijle ïpeculatien op te houden -> die daer luft in hebben , die onderfoecken Euclides, Guido Ubaldus, als oock lacobus Barozzi de Vignole, ende Samuel Marolois, welckers werck ick felfs ghemaeckt hebbe , ende in 't licht uyt-ghegeven : maer komc tot foo veel dienftige Theorie , als tot der Pra&ijcque in defen noodigh fa! wefgn, Komende dan tot mijn voor-genomen werck, fal men eerft verftaen, wat (PerfpeSlive tefeggenis, waer van den feer verftandighen Euclides fubtijlick tra&eert. Het is ( foo als den loffelicken Architect VitruVms feyt)'t gene men noemt Scenographie y dat is het opgerechte van eenige Gebouwen , Lichamen , ofte Corporen; ende in 't geheel , 't gene men met der ooge fiet, het felve met grondt-regu-len te brengen in 't verkorten , gelijck het hem naer het ooge-geficht is ver-

toonende, groot ofte kleyn, van verre ofte naby , foo alsmendatgeficht heeft ghenomen, ende in de werekinge alfoo geftelt, alseendoor-fiende ooghe-gefichts punt, welcks ooge-punt wort geftelt op den Orifon , ofte geficht-eynder (foo Steph'm hem noemt. ) Het punt van de lenghde ofte diftantie, wort op eenengelijck-zijdigen driehoeck ofte Triangel equila-trael genomen op 't kortfte ; maer naeder ftellende , foude men 't geficht aen de zijden verliefen : maer wort wel verder geftelt, gelijck de Figuren in de-fen uytwijfen.

Ende alfoo ick bevonden hebbe , dat de Lief-hebbers dickmaels ver-leghen zijn, om te noemen met konft-woorden J t ghene in defe materie wort vereyfcht ; foo hebbe ick goet geacht een Figure daer van te maken, ende te brengen voor het werck : want als ick fal fpreken van Circumfe-rentie, Diameter, Superfitie, &c. oock van Colomnen ende eenige Orna-menten der felver , ende dat men my niet en foude verftaen , foo foude den Lief- hebber eenighfins te rugghe gehouden worden 5 daerom is defe Figure noodigh, ende dan totter Konfte felve te komen, beginnende aen

A het