Pagina:Heimans&Thijsse1895InSlootEnPlas1stEdition.djvu/108

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

92

schoolkameraad uit dien tijd of bij het studeeren in dikke boeken, herinnerd werd aan de prettige jaren, toen wij ruilhandel dreven in allerlei naturaliën, waarbij een "rotje" de vaste waarde had van een geheel gave pikzwarte en het "stokje" nooit minder gold dan een zeldzame phryganide.

Op een warmen zomerdag moet ge eens opletten hoe vele en hoe verschillende insecten zich laven aan de open tafel, die de groote, schermbloemen voor hun welkome gasten klaar zetten.

Links boven. Zweefvliegen op een schermbloem.
Onder een rotje (Eristalis tenax) in water, een kruipend
exemplaar en een pophuls. Een zwevende vlieg.

 

De viervleugelige hommels en bijen komen er zelden, die kunnen met hun lange slurf gemakkelijker honig putten uit diepe beker- of klokvormige bloemen; voor tweevleugelige insecten, met hun korten snuit, echter is de open schermbloem een luilekkerland.

Ziet ge daar op die bloem die groote, mooie bij in zijn zwart en geel pakje?