Pagina:HeimansEli1906MetKijkerEnBus.djvu/50

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

44

is de eigenlijke еikern of eicel; de twee ernaast worden de synergiden of helpers genoemd. De drie kernen aan den overkant zijn de antipoden, ze omgeven zich door een vlies en worden zoo cellen; de beide middelste der poolkernen smelten later samen tot een. (Zie de opeenvolgende figuurtjes 4–8).

Schets van de ontwikkeling van de eicel tot
een kiem met blaadjes en worteltje.

Nu is alles in gereedheid, om den inhoud van den stuifmeelbuis te ontvangen. Het einde daarvan is voor 't poortje gearriveerd en de spermatozoïden bevinden zich vlak vooraan, (fig. 9). De punt dringt tusschen de synergiden door, die waarschijnlijk dadelijk de opening afsluiten; daarop opent zich de buis, de beide spermatozoiden treden er uit en komen nu vrij den kiemzak binnen. (fig. 10).

Een van de twee begeeft zich naar de beide poolkernen, die elkaar reeds genaderd zijn, en legt zich tegen die kernen. De andere spermatozoïd legt zich dadelijk tegen de eikern vlak bij 't poortje en smelt spoedig met deze samen; de aldus vereenigde, en om 't zoo te noemen, (al zijn ze mogelijk van één individu afkomstig), mannelijke en vrouwelijke kernsubstantiën omgeven zich met