Pagina:In Het Jaar 2000 (Bellamy1890).djvu/88

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

80

altijd het meeste en het beste voor het minste geld. Maar om deze kennis op te doen moesten zij veel ondervinding hebben. Die te veel te doen hadden of te weinig kochten om ondervinding te krijgen, liepen slechte kansen en kregen het minste en het slechtste voor het meeste geld. Het was een uitzondering als menschen die geen verstand hadden van winkels, de waarde voor hun geld ontvingen."

—"Maar waarom werd zulk een verschrikkelijk lastig stelsel niet afgeschaft als gij toch de gebreken er van zoo goed opmerktet?"

—"Het was zoo met al onze maatschappelijke inrichtingen," antwoordde ik; "gij kunt hunne fouten kwalijk beter zien dan wij, maar wij wisten er niets op."

—"Hier zijn wij aan het magazijn van onze afdeeling," zeide Edith, terwijl wij de poort binnengingen van een van de prachtige openbare gebouwen die ik op mijn ochtendwandeling had ontdekt. Van buiten had het gebouw niets van een winkel in den vroegeren zin. Er was geen etalage van artikelen in de groote vensters, of geen toestel om dingen te adverteeren of klanten te lokken. Noch was er eenig teeken of opschrift voor den gevel van het gebouw om den aard van de koopwaren aan te duiden; maar in de plaats daarvan, boven den ingang, een indrukwekkende, levensgroote gebeeldhouwde groep, waarvan de voornaamste figuur de Overvloed was, met haren hoorn. Te oordeelen naar de samenstelling van de menigte die in en uitstroomde, bestond er ongeveer dezelfde verhouding tusschen de geslachten in de winkelbezoekers als in de negentiende eeuw. Terwijl wij binnengingen zeide Edith dat er een van zulke groote magazijnen in elke afdeeling van de stad was, zoodat niemand verder dan vijf of tien minuten te