Pagina:Kartini - Door Duisternis Tot Licht (1911).djvu/72

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

50

meening, dat, wanneer het volk leert, het niet meer het land zal willen bewerken.

Papa heeft over het onderwijs een nota aan de Regeering ingediend. O, Stella, ik wilde wel, dat jij haar lezen kondt. Je moet dan weten, dat een groot gedeelte van den adel de Regeeringsdaad warm toejuichte. De Javaansche adel is aan het vervallen en de Regeering, ook die van het Moederland, en de betrokken personen zelf willen hem er weer op helpen en aan den bloei brengen. De aristocratie ziet met leede oogen, hoe zonen uit het volk zich ontwikkelen, in hare gelederen worden[Pg 31] opgenomen door 't Gouvernement om hun kennis, kunde en ijver. Zonen uit 't volk bezoeken Europeesche scholen en geven blijk in alle opzichten met de hoogadellijke zoons te kunnen wedijveren. De adel wil het rijk alleen hebben; hij alleen mag het hoogste gezag in het land in handen hebben, zich de Westersche beschaving en ontwikkeling eigen maken. En de Regeering helpt en steunt hem, temeer daar zij daar zelf voordeel van heeft. Zij vaardigde in 1895 een besluit uit: geen Inlandsch kind (van 6 tot 7 jaar) wordt tot de openbare lagere scholen voor Europeanen toegelaten, zoo dit niet reeds Hollandsch spreken kan, of het moet daartoe de speciale vergunning van Z.E. den Gouverneur-Generaal hebben. Hoe kan nu 't Inlandsch kind vóór zijn 6e en 7e jaar Hollandsch leeren? of 't moet eene Hollandsche kinderjuffrouw hebben; en dan, al is er gelegenheid voor 't aanleeren der Nederlandsche taal,