77
in haar vroegste jeugd, toen "emancipatie" voor haar nog was een onbekend woord, en boeken en andere geschriften, die 't daarover hadden, ver buiten haar bereik waren, was er in een der drie zusjes die drang geboren; toestanden in directe en indirecte omgeving riepen hem in 't leven op.
't Was speeluur op de Europeesche school van 't plaatsje Japara. Onder de geelbebloesemde waroeboomen op 't schoolerf groepeerden zich in gezellige wanorde groote en kleine meisjes op 't mollige, groene grastapijt. 't Was zoo warm, niemand had lust in spelen.
"Toe, Letsy, vertel jij eens wat, of lees eens voor", vleide een bruin meisje, dat niet slechts, door hare huidskleur, maar ook door hare kleeding, de Inlandsche verried. Een groot blond meisje, dat lui leunde tegen een boomstam en ijverig in een boek las, keek op en sprak: "Ach neen, ik moet mijn Fransche les nog leeren".
"Dat kan je thuis immers doen, want 't is geen schoolwerk."
"Ja, maar als ik mijn Fransche lessen niet goed leer, mag ik over twee jaar nog niet naar Holland gaan. En ik verlang al zoo erg naar de kweekschool om voor onderwijzeres te studeeren. Als ik later dan als schooljuf uitkom, wordt ik misschien hier geplaatst, en dan zal ik vóór in plaats van in de klasse zitten, Maar, zeg eens, Ni, je hebt 't mij nog nooit verteld, wat wil je later toch worden?"