Pagina:Land en volk van Sumatra (1916).djvu/13

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen
 

INHOUD.




Bladz.
Voorwoord v
Inhoudsopgave vii
Lijst der illustraties ix
I. TER INLEIDING.
§ 1. Ligging en vorm 1
» 2. Omringende zeeën 3
II. DE KUSTSTREKEN.
» 3. Kustontwikkeling van Sumatra 5
» 4. Landschapsbeeld der Oostkust 5
» 5. De Westkust 9
III. HET BINNENLAND.
» 6. Karakter van Sumatra's bergland 12
» 7. Zuid-Sumatra 15
» 8. Midden Sumatra. Zuidelijk deel 20
» 9. Middengedeelte der Padangsche Bovenlanden 25
» 10. Noordelijk deel van Sumatra's Westkust, bewesten de hoofdwater-  
scheiding
32
» 11. Idem, Oost van de hoofd waterscheiding 36
» 12. Noordelijk deel van Midden-Sumatra 41
» 13. Noord-Sumatra. Algemeen karakter 44
» 14. Padang Lawas met Panai en Bila 49
» 15. Si Lindoeng en de Zuidelijke Toba-hoogvlakte 53
» 16. Het Tohameer en de onderafdeelingen Toba en Samosir 59
» 17. Si Baloengoen en de Karolanden 63
» 18. De Gajö- en Alaslanden 71
» 19. Bevolking en economische toestand van het Gajöland 84
» 20. Het overige Atjeh 89
IV. KLIMAAT, BODEM EN DIERENWERELD.
» 21. Klimaat 94
» 22. Aard van den bodem en zijne geschiktheid voor den landbouw 99
» 24. De dierenwereld 102
V. DE VOLKEN VAN SUMATRA.
» 24. De onbeschaafde stammen 112
» 25. Maleiers 119
» 26. Minangkabausche Maleiers 124
» 27. Andere volken 126