Pagina:Multatuli - Minnebrieven.djvu/65

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

ik niet. Dat deed Christus ook niet; —ik denk dat hij ze vervelend vond, als ik [1].

Er is Geen God, of hij moet Goed zijn! Laat de theologen — een grappig woord: meuschen die wat weten van God, ... menschen die u wat kunnen zeggen over God, ... menschen die gestudeerd hebben in God, Godgeleerden, — laat de theologen tegenspreken dat Hij goed is, als ze durven...

Ach ja, zij durven dat! Zij vertellen lange geschiedenissen, — troosteloozer nog dan de mijnen, Fancy! — over verdoemenis en hel! En, let wel, zij die zulke geschiedenissen niet vertellen, deugen minder dan de anderen, die ten minste consequent zijn bij gebreke van wat beters, want in hun Bijbel staan die aardigheden. Zoek maar op: eeuwig vuur, tandengeknars, onsterfelijke wormen,... 't is pleizierig!

Wie nu dat eeuwige vuur en die onvermoeide wormen weggoochelt onder 't manteltje van de moderne theologie, vertrouw ik in 't geheel niet. De anderen zondigen tegen 't verstand alleen, — zij tegen eerlijkheid en verstand beide. Dat is erger.

Er is Geen God of hij moet Goed zijn! Als hij er is, wat ik dolgraag weten wou, — en ik blijf er bij dat het zijne zaak geweest ware te zorgen dat wij 't wisten, — dienen wij hem het best door genieten.

Eilieve, Fancy, gij die een goed meisje zijt, zoudt gij 't aangenaam vinden, wanneer ge eenmaal moeder werd, dat uwe kinderen zuur keken? Zoudt ge hun voorschrijven u te dienen door onthouding? Immers neen. En waarom zou God kwaadaardiger wezen dan gij ?

Maar de maat en de soort van genot?...

Ook dit is zeer eenvoudig. Het antwoord staat

  1. Eens vooral, Fancy, met schoolmeesterij houd ik me niet op. De preek, der preek, de preêken... Christus vond haar vervelend, hij vond dezelve vervelend !... Van 't eindeloos gehèn, gehùn, gehààr, verlos ons Heer!... En: gesplitst schrijf ik ook niet meer, ook niet Utre c. h. t. s. c. h. e feesten! Wie er pleizier in heeft en 't mooi vindt, ga zijn gang. De schoolmeesters vermoorden de taal, als de theologen de godsdienst.