Pagina:Multatuli - Verspreide stukken - Zesde druk (1879).pdf/53

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

[1] Na ’t verschynen van den Havelaar, publiceerde de heer W. Francken Az., direkteur van het zendingsgesticht te Rotterdam, een brief die hierby wordt gevoegd om ’t antwoord begrypelyk te maken, dat in dezen bundel »Verspreide Stukken” wordt opgenomen.

’t Zal wel overbodig zyn hier de opmerking te maken, dat ik — als in ’t naschriftje van Wys my de plaats, enz. — berouw voel over de naïve gemoedelykheid waarmee ik Francken’s aanmerking heb opgenomen. Ik blyf ’t schoon vinden dat hy party trok voor wat hem eerbiedwaardig toescheen. Maar dat ik een oogenblik gelooven kon, van Christenen hulp te zullen ontvangen in myn heilige zaak, is een bewys te-meer van Havelaar's verregaande onnoozelheid.

Zoodra de Christenen inzagen dat myn streven slechts men-


  1. (Noot van 1875.) Deze inleiding tot den brief van Ds. Francken is van 1865.