Pagina:Nansen's Poolreis.djvu/90

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

88

schoond blijft. In den binnensten Poolgordel waren ook de zomers vrij koud, want de temperatuur bleef gewoonlijk om en bij het vriespunt, slechts nu en dan enkele graden daarboven stijgend. Zoover ik mij herinner was de hoogste temperatuur gedurende onzen tocht 7 of 8° (Fahrenheit) boven nul. In de binnenste Poolstreek was weinige vocht in den dampkring, daar de koude lucht zeer weinig vochtdeelen meevoert. In den winter en het voorjaar hadden we dan ook gewoonlijk zeer standvastig helder weer, terwijl er in den nazomer zeer dikwijls een zware mist over het ijsvlak lag uitgespreid. Regen was zooals van zelf spreekt een groote zeldzaamheid.


Het Noorderlicht.

Gedurende de geheele reis was het Noorderlicht een zeer gewoon verschijnsel, en er ging schier geen dag voorbij of wij konden het waarnemen, indien ten minste de dampkring die waarneming niet belette. We waren dan ook in zeer gunstige omstandigheden om dit phenomenale natuurverschijnsel te bestudeeren. Somtijds steeg het tot een groote helderheid en 't was alsof het geheele uitspansel in vlammen opging. In het Noorden zagen we dikwijls licht van allerlei kleuren, welke bijwijlen zeer helder en sprekend waren. Geluiden werden daarbij nooit vernomen, en de kleuren waren nooit vlak aan den horizont.