Pagina:Ornithologia Neerlandica 1.djvu/52

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
18
FAMILIE PODICIPEDIDAE — FUTEN.

Daar het hagelzakje een slechte vlieger is, is het niet dan in den uitersten nood tot opvliegen te bewegen; in zwemmen en vooral duiken is het een meester. Op het land kan het zich in bijna rechtstandige houding vrij snel, hoewel onbeholpen, een eindweegs voortbewegen, zoekt echter zoo spoedig mogelijk zijn eigenlijk element, het water weer op. Het stemgeluid, dat vooral in den paartijd te hooren is, is een helder, eenigszins klagend wied wied.

In den herfst vereenigen zich de anders niet zeer gezellige vogels tot kleine vluchten die bij gunstig weder hier nog een tijd blijven vertoeven, doch bij invallende vorst spoedig zuidwaarts trekken. Deze verhuizing geschiedt des nachts en hoog in de lucht.

De eigenaardige en meest gebruikelijke naam van hagelzakje is den vogel gegeven in vroeger tijd, toen de voorladers nog in gebruik waren en de stevige afgestroopte huid werkelijk door broodjagers wel als hagelzak gebruikt werd. Als bontwerk heeft de huid nooit waarde gehad, zoowel door de geringe grootte als door de niet zuiver witte kleur der borstvederen.