De mensen die daar verzameld waren, waren verbaasd over het oordeel en konden nauwelijks geloven wat ze met hun ogen zagen, dat een dier zonder reden dit oordeel met zoveel behoedzaamheid had uitgesproken. Hierdoor werd de naam van de papegaai in de hele stad bekend en beroemd.
Toen dit nieuws de oren van de Keizerin bereikte, oordeelde ze dat de geest van de Keizer, haar echtgenoot, in het dier verbleef, dat met zoveel reden en behoedzaamheid begiftigd was, en ze beval dat de papegaai en de vogelvanger onmiddellijk tezamen voor haar moesten worden gebracht. De ministers kregen de opdracht om het bevel uit te voeren en toen de vogelvanger bij het koninklijk paleis aankwam, werd hij onmiddellijk voor de keizerin gebracht.
Ze ondervroeg de vogelvanger uitvoerig over de vangst van het dier en zijn kwaliteiten. Ze maakte hem duidelijk dat als hij de vogel aan haar zou verkopen, hij zo'n beloning zou krijgen dat hij niet langer een vogelvanger hoefde te zijn.
Na de woorden van de Keizerin zei hij: 'Mevrouw, de vogel, en ik staan ter uwer beschikking, en de grootste gunst die ik van u kan vragen is dat u de vogel als een geschenk van mij ontvangt omdat ik uw dankbaarheid meer waardeer dan enige grote rijkdom die ik ermee zou kunnen verwerven."
De Keizerin had grote bewondering voor deze woorden en kon nauwelijks geloven dat de vogelvanger met zo'n nobele ziel was begiftigd.