Pagina:Stijl vol 02 nr 05 p 049-053.djvu/1

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
A­BON­NE­MENT BIN­NEN­LAND 4.50 BUI­TEN­LAND 5.50 PER JAAR­GANG BIJ VOOR­UIT­BE­TA­LING. VOOR AN­­NON­CES WEN­DE MEN ZICH TOT DE AD­MI­NI­STRA­TIE.

MAAND­BLAD GE­WIJD AAN DE MO­DER­NE BEEL­DEN­DE VAK­KEN EN KULTUUR. RE­DAC­TIE THEO VAN DOES­BURG.

AL­LE STUK­KEN DE RE­­DAC­TIE BE­TREF­FENd: K. GAL­GE­WA­TER 3, LEI­DEN. AL­LE STUK­KEN VOOR DE AD­MIN. AD­RES­SEE­RE MEN MORSCH­WEG 20, LEI­DEN, HOL­LAND.

2e JAARGANG.
NUMMER 5.
MAART. NEGENTIENHONDERDNEGENTIEN.

DIALOOG OVER DE NIEUWE BEELDING (VERVOLG).

DOOR PIET MONDRIAAN.

A. Zanger. — B. Schilder.

A. Ons gesprek van gisteren heeft me doen zien dat de Abstracte Beelding gegroeid is uit de naturalistische schilderkunst: het is mij duidelijk geworden vooral doordat ik Uw werk van vroeger ken. Zoo is de Abstracte Beelding dus niet enkel verstandelijk, maar ook een product van gevoel?
B. Van verdiept gevoel en verdiept verstand beide. Als het gevoel verdiept is gaat het, in het oog van velen, te niet: daarom wordt het zoo weinig erkend in de Nieuwe Beelding. Maar Abstract Reëele Schilderkunst moet men leeren zien, zooals de schilder abstract reëel moest leeren beelden. Zij beeldt een proces van het leven, dat zich afspiegelt in de kunstuiting. De menschen zien, over het algemeen, het kunstwerk te veel als een luxe artikel, als iets aangenaams, als een versiering zelfs, als iets, dat buiten het leven staat. Kunst en leven zijn echter een; kunst en leven beiden zijn uitdrukkingen der waarheid. Als men b.v. inziet, dat evenwichtige verhouding op maatschappelijk gebied recht beteekent, voelt U reeds, dat levensbehoeften ook in kunst zich naar voren dringen, als de tijdgeest daarvoor rijp is.
A. Ik voel veel voor die eenheid van kunst en leven: het leven toch is het principeele!
B. Alle levensuitingen hebben althans één zelfden grond: religie, maatschappelijk leven, kunst, enz. Wij zouden daarop door kunnen gaan — er is zooveel te zeggen. Dit hebben eenigen gevoeld: het deed een onzer „De Stijl” oprichten.
A. Ik heb „De Stijl” wel eens ingezien, doch het was mij niet erg duidelijk.
B. Herhaald lezen is aan te bevelen, doch hetgeen „De Stijl” exposeert kan U slechts een begrip geven van het wezen der Nieuwe Beelding en haar verband met het leven dus; het werk zelf zal U toch moeten doen zien wat zij inhoudt. Door intuitief aanvoelen, veel zien en vergelijken alleen kan men tot volkomen waardeering van het nieuwe komen.
A. Wellicht — maar het komt mij toch voor, dat de kunst veel armer wordt, als het natuurlijke wegvalt.

49